Volgens de voorlopige berekening hebben wij in 1974 f 56.000,voorschot betaald terwijl de definitieve bijdrage ruim 52.000,zal bedragen. Mevrouw Emke verbaast er zich over dat de kosten van het schap zo enorm zijn gestegen: in 1974 bedroeg de bijdrage van de gemeente Putte 56.000, in 1975 110.000,en zij verwacht dat dit in de komende jaren nog hoger zal worden. De voorzitter antwoordt hierop dat uit de voorlopige cijfers van 1975 blijkt dé.t men toen goed gedraaid heeft en dat de gemeenten belangrijk minder moeten bijbetalen. Daarnaast heeft de gemeente de plicht tot bevordering van de werkgelegen heid voor deze groepen van werknemers. Uiteraard heeft dit financiële consequenties, zij het dat deze kosten via de financiële verhoudingswet voor 80$ van het rijk terugkomen. Op de vraag van het raadslid Looijen of het gemeentebestuur plannen heeft ten aanzien van de oplossing van het parkeerprobleem voor gehandicapten antwoordt de voorzitter dat deze problemen in Putte niet spelen zodat hier geen maatregelen getroffen hoeven te worden. Zonder dat nog iemand het woord verlangt of stemming worden de ingekomen stukken voor kennisgeving aangenomen. 4. Voorstel van burgemeester en wethouders tot verkoop van woningwetwoningen: Het raadslid Mevrouw Emke vraagt zich af of de gemeente moet doorgaan met woningwetwoningen te bouwen als deze op zo'n korte termijn weer door verkocht worden. De voorzitter antwoordt hierop dat de minister de mogelijk heid tot aankoop gecreëerd heeft zodat een huurder die dat wil de woning kan aankopen. Daartegenover is tijdens een vergadering van de commissie Algemene Zaken afgesproken om te beginnen met het complex woningen dat momenteel in aanbouw is, gedurende de eerste 5 jaar geen woningen te verkopen. Het raadslid Looijen stelt daartegenover dat een vergelijking tussen de prijs van een woningwetwoning, die kwalitatief vaak niet minder is dan die van een premiewoning, en van een premiewoning zeker ten gunste van de woningwetwoning uitvalt. Hij zou daarom alle huurders willen adviseren tot aankoop over te gaan. Zonder dat iemand het woord verlangt of stemming wordt overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders besloten. 5. Voorstel van burgemeester en wethouders tot het in beginsel uitspreken van bereidheid tot overdracht van de openbare gezondheidszorg aan het streekgewest Westelijk Noord-Brabant: De Voorzittei? geeft aan de hand van het voorstel een korte toelichting waarbij hij stelt dat de commissie aan het streekgewest en aan de gemeente besturen een principe-uitspraak vraagt om t.z.t. de openbare gezondheids zorg over te dragen aan het streekgewest. Het is een heel werk geweest dat deze werkgroep verricht heeft en alvorens men verder gaat werken wil men eerst weten of bij de gemeenten de bereid heid aanwezig is. Het is een principe-uitspraak waaraan de gemeenteraad niet gebonden is als de definitieve regeling met begroting ter vaststelling worden aangeboden. Het raadslid Looijen is blij dat het Streekgewest, dat tot nu toe alleen vergaderd schijnt te hebben, nu een practisch probleem gaat aanpakken en dat men de gezondheidszorg gaat regionaliseren en coördineren. De voorzitter antwoordt hierop dat niet alleen vergaderd wordt doch dat ook behoorlijk veel rapporten zijn opgesteld. Het raadslid de Bruijn verklaart eveneensblij te zijn met deze ontwikkeling. Wanneer bezwaar wordt gemaakt tegen de mini-provincies moet er als alter natief meer inhoud worden gegeven aan het streekgewest, waartoe de regionalisatie van de gezondheidszorg een eerste aanzet is. Het raadslid Mevrouw Emke merkt op dat deze regionalisatie evenals de schoolbegeleidingsdienst enorm veel geld gaat kosten.

Raadsnotulen

Putte: 1928-1996 | 1976 | | pagina 39