goed gesloten begrenzing van het geheel.
De Kosten van het geheel zi.jn geraamd als volgt:
Aankoopkosten gronden met bijkomende kosten
(12e wijziging van de begroting 1975)
280.000,—
Restant kapitaalslasten huidige sportvelden
16.382,85
Pachtschade enz. 20e begr.wijziging 1975;
28.391,04
Begroting Ned. Heide Mij van aanleg sportvelden,
incl. voorbereidingskosten, adm.kosten, honorarium,
kosten van nazorgwerkzaamheden, kosten van de NSF,
doelen, zandbak enz.
625.000,—
Niet subsidiabele kosten zoals ballenvangersrij
wielstandaards, verlichting, beregenir&installatie
nutsvoorzieningen enz.
98.000,—
Totaal
1.047.773,89
Subsidie rijk 593*750,waarde inbreng gronden
(bijdrage van het grondbedrijf 438.750,
f
1 .032.500.—
Ten laste van de algemene dienst van de gemeente:
f
15.273,89
Aangemeld voor het werkenbestand van de A.C.W. d.d. 16 juii 1973.
Kosten toen geraamd op 1.017.600,
De plannen zijn besproken in een commissie-vergadering. Tijdens deze
bijeenkomst zijn de plannen toegelicht door twee deskundigen van de
Heide Mij. Nieuwe begroting door Heide Mij reêds opgemaakt, en is vandaag
ten kantore van de A.C.W. te den Bosch bezorgd. Wij verwachten de beschikking
inzake toekenning van rijkssubsidie tot een bedrag van 95$ van 625.000,
spoedig te ontvangen.
Dan kan de begr. wijziging worden ingezonden, en na overleg met het college
van Gedeputeerde Staten, met de werkzaamheden worden begonnen.
Het raadslid de Bruijn verklaart zich akkoord met het voorstel. Hij infomeert
naar de plannen hoeveel kleedlokalen er gebouwd worden.
De Heer van Poppelen antwoordt hierop, dat er nog geen concrete plannen zijn.
Naar zijn mening wordt als norm gehanteerd, dat per speelveld 2 kleedlokalen
aanwezig moeten zijn.
De voorzitter vult dit aan door te verklaren, dat eerst contact zal worden
opgenomen met de N.S.F. en de K.N.Y.B., waarna het college de plannen
tijdig met de raad zal bespreken.
De vraag van het raadslid de Bruijn of de Heidemij het werk zelf uitvoert
wordt door de voorzitter bevestigd, er zullen waarschijnlijk wel onderaan
nemers worden ingeschakeld, doch dit geschiedt onder verantwoordelijkheid
van de Heidemij.
Het raadslid Mevrouw Emke vraagt of de Heidemij goedkoop werk verricht, er
zijn diverse tekeningen gemaakt met begrotingen, maar zij kan hieruit niet
opmaken of het werk niet te duur is. De voorzitter antwoordt hierop:
De Heidemij werkt evenals andere ontwikkelingsmaatschappijen volgens vast
gestelde normen. De A.C.W. heeft de begrotingen uitvoerig onderzocht en uit
eindelijk de subsidie verleend, zodat aangenomen mag worden dat de opgegeven
bedragen akkoord zijn.
