16. Rondvraag.
Alvorens met de rondvraag te beginnen verklaart de voorzitter
dat in 1971 het waterschap West-Brabant is opgericht, dat tot
taak heeft het afvalwater te zuiveren en erop toe te zien, dat
de wet wordt nageleefd.
Het Waterschap heeft de bevoegdheid verordeningen vast te stellen,
waaronder begrepen belastingverordeningen.
Be inwoners van Putte hebben onlangs een aanslag van ƒ56,
ontvangen en van diverse zijden zijn hierover vragen binnen ge
komen.
Be Voorzitter verklaart, dat met het bestuur van het waterschap
besprekingen worden gevoerd over de overname van de rioolwater
zuiveringsinstallatie, hetgeen per 1 januari 1974 moet geschiedmn.
Als de besprekingen zijn afgerond zal aan de raad worden voor
gesteld de installatie over te dragen alsmede om de verordening
op de rioolrechten per 1 januari 1974 in te trekken.
Het raadslid de Bruijn is het niet eens met de gang van zaken,
het waterschap had zijns inziens vooraf contact kunnen opnemen
met het gemeentebestuur teneinde de bevolking een goede voor
lichting te verstrekken, waardoor veel moeilijkheden hadden kunnen
worden voorkomen.
Op de vraag van het raadslid de Bruijn hoe het staat met het
openbaar slachthuis te Bergen op Zoom, antwoordt de Voorzitter,
dat in de laatste commissievergadering afgesproken is dat de
Voorzitter bij het gemeentebestuur van Bergen op Zoom nogmaals
erop zou aandringen, dat de belangen van de buitengemeenten op-
tinaal worden behartigd. Hij heeft nadien niets meer gehoord.
Het raadslid de Bruijn verzoekt hierna bij Gedeputeerde Staten
nogmaals te informeren naar de stand van zaken met betrekking
tot de fietspaden langs de Putseweg.
Het raadslid Huijbrechts vraagt de aandacht van het college voor
de slechte toestand van de trottoir lang3 de Canadalaan, waarop
de Voorzitter antwoordt, dat de eigenaren van deze gronden zullen
worden uitgenodigd voor een onderhoud over eventuele verkoop van
een strook grond teineinde de straat enigszins te kunnen ver
leggen, waardoor het verkeer beter de St.Bionysiusstraat kan in
draaien.
Het raadslid Mevrouw Emke vraagt of bij het college plannen be
staan voor het aanbrengen van een groenvoorziening bij de woningen
aan de Moriaansdreefhetgeen door de Voorzitter bevestigd wordt.
Met de leverancier zijn besprekingen gaande over de plannen.
Op de vraag van het raadslid Mevrouw Emke of een oplossing kan
worden gevonden voor de gevaarlijke verkeerssituatie op de hoek
Hogebergdreef/Moriaansdreefantwoordt de Voorzitter dat de post-
conmandant der rijkspolitie om een rapport is gevraagd. T.z.t.
zal een voorstel aan de raad worden gedaan.
Het raadslid Looijen uit hierna zijn bezwaren tegen het besluit
van de wethouders om geen speciale portefeuille te gaan beheren.
Hij verwacht in de toekomst moeilijkheden voor de burgerij, die
niet weet waar men voor een bijzonder probleem terecht kan.
Be Voorzitter reageert hierop, dat de gemeentewet collegiaal be
stuur voorschrijft. Baarnaast is er in de praktijk al sprake van
een verdeling van de portefeuilles, aangezien elk collegelid het
voorzitterschap van een raadscommissie op zich heeft genomen.
Op de vraag van het raadslid Looijen hoe ver het staat met de
invoering van de onroerendgoodbelasting,antwoordt de Voorzitter,
dat dit uiterlijk 1 januari 1979 zijn bescheid dient te krijgen.
Be afdeling financiën bestudeert momenteel deze aangelegenheid en