IV Gaarne zou. ik bij de installatie van het nieuwe college van B&W en de Raad enige wensen uiten, waarnee ik eigenlijk verwoord, dacht ik zo, wat leeft in harten van al de nieuw gekozenen in deze Raad. Tot de werkkring van B&W behoort zo ontzaggelijk veel, waarover zij zelfstandig, en in eerste en laatste instantie beslissen. Het is bekend dat de klachten over de beslissingsbevoegdheid van de raad, naar B&W schier eindeloos zijn. Ilc neen dat de daling van het plichtsbesef, tot een laag peil, bij kleine colleges als zij in het duister werken, (beslotenheid) nog veel neer te duchten is dan bij grote. Met aandrang zou ik dan ook willen pleiten voor openbaarheid van de vergaderingen van B&W. Daaron zou ik enkele suggesties willen voordragen. 1Van elke vergadering van B&W wordt een besluitenlijst verstrekt aan de raadsleden, en aan de Pers. 2) Na elke vergadering wordt door een lid van het college van B&W aan belangstellende, en de pers uitleg gegeven van de achter gronden van de genonen besluiten. 3) Aan de Raad een voorstel doen, on voortaan een uiterst spaarzaam gebruik te naken van de in art 169 van de G.W. gegeven nogelijk- heden on B&W bevoegd te verklaren nadere regels te stellen ontrent bepaald in geneentelijke verordeningen, en aangewezen onderwerpen. 4) Aan de Raad voorstellen, dat zij zich voortaan de vaststelling der plannen en voorwaarlen, van aanbootedignen, van werken en lever anties voorbehoud. Ik denk hierbij aan art,176 van de G. .W. 5) Aan de Raad een voorstel doen, on de toepassing van art.212 van de geneentewet geheel of grotendeels te beëndigen. Dus dat zou dan inhouden, dat geen kopen ruilen of vervreenden, geen ver huren of verpachten, geen kwijtschelding, geen aanleggen of ver beteren van geneentewegen en dergelijke, geen voeren van rechts gedingen neer, krachtens besluit van B&W. Handelende als hierboven aangegeven kan het college van B&W zich nagenoeg innuun achten voor het verwijt dat bij hen het plichts besef tot een laag peil is gedaald. Gaarne zou ik dit nieuwe college, toewensen dat zij uitvoering van het zojuist genoende in de praktijk ging toepassen.

Raadsnotulen

Putte: 1928-1996 | 1975 | | pagina 65