-4- Wij hebben deze zaak nog eens uitvoerig besproken in de commissie financiën en we menen daarvoor een oplossing gevonden te hebben om aan Uw wensen tegemoet te komen door bij de waardebepaling van het onroerend goed ook de ondergrond alsmede de tuin in de waardebepaling te betrekken. Aldus is ook de ontwerp-verordening geredigeerd. Ook is er lang en uitvoerig gesproken over tarieven. U weet hoe wij aan de vaststelling van die tarieven zijn gekomen en is gezocht naar een evenredige verdeling van de lasten. Het is voor geen enkel gemeentebestuur prettig om steeds met belastingsvoorstellen te moeten komen. Wij hebben gemeend dit zo eerlijk mogelijk over de gebruikers en de eigenaren van de eigendommen te moeten verdelen. Dat betekent dat de ene categorie 12$ en de andere ruim 12$ zal bedragen. Het raadslid van Oirschot merkt op dat/de wet is bepaald dat de heffing van de eigenaar maximaal 15$ mag zijn en van de gebruiker maximaal 12$ van de algemene uitkering, nadat deze is verminderd met de uitkering kosten sociale zorg. In Uw voorstel wordt van deze getallen afgeweken. De percentages zijn ruim 12$ voor de gebruikers en 12,7$ voor de eigenaren. Bij de eigenaren blijft U ongeveer 13.000,onder de maximale toegelaten opbrengst terwijl de gebruikers voor het volle pond moeten opdraaien. Uit billijkheidsoverwegingen is hij van mening dat de door de regering geadviseerde percentages moeten worden toegepast, temeer omdat de belastingdruk voor de eigenaar/bewoner hetzelfde blijft. Voorwat betreft de taxaties verzoekt hij deze voor de definitieve vaststelling ter kennis van de raadsleden te brengen daar deze eventueel corrigerend kunnen optreden. Gezien de korte tijd die nog rest adviseert hij om ao spoedig mogelijk met deze taxaties te bginnen. Daarnaast verzoekt hij om de inwoners van Putte tijdig over deze belasting te informeren. Hoewel in totaal voor de bevolking geen belastingverzwaring zal optreden vindt hij een behoorlijke omschrijving op zijn plaats. De voorzitter merkt ten aanzien van de verdeling op doordat in 1974 de opcenten op de personele belasting aanmerkelijk zijn verhoogd zijn de gebruikers meer gaan betalen dan de eigenaars, dit mede op aandrang van de raad. Naar zijn mening is in die vergadering de kreet geslaakt van eerlijk delen. Wij hebben daarna toch wel rekening gehouden: de lasten voor de gebruikers zijn aanmerkelijk verlaagd. In zijn totaliteit gaat de bevolking van Putte minder betalen als in 1975- Er is scanuit gegaan dat bij de invoering van de onroerend-goedbelasting dezelfde opbrengst moet zijn als op dit ogenblik. Zoals U weet zijn de bedrijven niet in de personele belasting betrokken en wel in de onroerend-goedbelasting. Wat betreft de voorlichting dit is inderdaad onze bedoeling om zodra de verordening is goedgekeurd, contact op te nemen met de mensen die gaan ^ajieren en waaneer die rapporten binnen zijn gaat een brief huis-aan-huiswaarin zo duidelijk mogelijk wordt uiteengezet wat de bedoeling van deze beslissing is en wat de consequenties zijn. De taxatierapporten komen t.z.t. ter inzage want aan de hand daarvan zullen de nieuwe tarieven moeten worden vastgesteld. Het raadslid Looijen biedt zijn excuus aan de Heer van Linden die hij onlangs bejegend heeft tijdens de vergadering van de commissie financiën. Hij verklaart hierna dat hij niet gelukkig is met deze onroerend-goedbelasting. Het zou een duidelijk veel beter systeem zijn als b.d. opcenten op de inkomsten belasting zouden worden geheven. Hij denkt dat veel mensen dat niet door hebben maar de 2 groepen die daar wel bij betrokken zijn en die er voordeel uit kunnen halen zullen dit wel in de gaten hebben. Er zijn n.l. 2 groepen die een extra subsidie krijgen en wel de landbouwer en de boseigenaar. Vooral de kwestie van de boseigenaren zal in de toekomst bekeken moeten worden. Hij merkt hierna op dat de bewering, dat èe hogere belasting door de eigenaren middels een huurverhoging op de kop van de huurders zal worden geschoven, nergens op slaat. De onroerend-goedbelasting mag niet in zijn totaliteit in een huurverho ging worden opgenomen.

Raadsnotulen

Putte: 1928-1996 | 1974 | | pagina 76