voorgesteld deze grond alsnog tegen de oorspronkelijke prijs te verkopen. Zonder dat iemand het woord verlangt of stemming wordt overeen komstig het voorstel van burgemeester en wethouders besloten. 6.Voorstel van burgemeester en wethouders tot verkoop van een woningwetwoning Het raadslid Janssens verklaart dat hij niet akkoord kan gaan met het voorstel. In het verleden duurde het 2 a 3 jaar voor een woning verkocht mocht worden; in het geval van de heer van de Berg heeft het al met al nog geen jaar geduurd. Enerzijds vindt hij dit wel positief, anderzijds vindt hij het in dit geval een verkwanselen van het gemeentebezit Het is altijd goed, dat de gemeente over goedkopere woningen beschikt voor eventuele doorstroming of voor moeilijke omstan digheden, maar daar is in dit geval geen sprake van. Daarnaast merkt hij op, dat destijds deze woning was toegewezen aan Mevr„van Hoof, pas in tweede instantie is de heer van de Berg er in gekomen. Aangezien de heer van de Berg een huisvriend is van de heer de Bruijn, is dit naar de mening van het raads lid Janssens vriendjespolitiek, hetgeen niet gewenst is. Bovendien wordt Mevr.van Hoof volgens haar zeggen in de Grens- straat geprovoceerd en is het absoluut nodig, dat zij daar weg gaat. In de Sint Dionysiusstraat heeft zij bekenden wonen, die haar kennen en waar zij mee om kan gaan en het is daarom nodig dat Mevr.van Hoof geholpen wordt. De Voorzitter antwoordt, dat hij het eens is met de opmerking van de heer Janssens, dat de gemeenten moeten trachten om de goedkopere woningen zoveel mogelijk te behouden, vooral daar de woningen, die tegenwoordig gebouwd worden veel te duur zijn. Maar dit houdt niet in, dat in een voorkomend geval niet ver kocht zou mogen worden, vooral waar tegenwoordig zoveel ge streefd wordt naar bezitsvorming. Voor wat betreft de woningtoewijzing aan Mevr.van Hoof kan de Voorzitter mededelen, dat betrokkene inderdaad bij hem geweest is om een woning aan de westzijde van de Antwerpsestraat te vragen.Hij heeft met haar afgesproken, dat zijzelf zal uit kijken naar geschikte woonruimte en dit ter kennis brengen van het College. Hij gelooft niet dat hier sprake is van vriendjes politiek.

Raadsnotulen

Putte: 1928-1996 | 1973 | | pagina 41