--2- Daarnaast deelt de Voorzitter mede, dat na het verzenden van de raadsagenda nog enige goedkeuringen zijn binnengekomen, te weten: Besluit van Gedeputeerde Staten van 4 april 1973, houdende in stemming net het raadsbesluit tot wijziging van de Rechtsposi tieregeling vrijwilligers bij de gemeentelijke brandweer. Besluit van Gedeputeerde Staten van 4 april 1973, houdende goed keuring van het raadsbesluit tot toetreding tot de gemeenschap pelijke regeling "Het samenwerkingsverband voor automatisering van de overheidsadministraties in Midden- en West-Brabant". Besluit van Gedeputeerde Staten van 4 april 1973, houdende goed keuring van de begroting 1973, de bedrijfsbegrotingen en de 1e wijziging 1973. Ten aanzien van "De Begrotingspositie" merken Gedeputeerde Staten o.a. op:"Ook voor het begrotingsjaar 1973 geldt dat een voorzichtig financieel beleid geboden blijft omdat de verbete ring van de budgettaire positie van de gemeente o.m. het gevolg is van de uitkering uit het gemeentefonds op grond van de ver- fijningsregeling ongewoon bevolkingsverloop, welke niet als een blijvende inkomst mag worden gezien. Bovendien staat de voor de twee lokalen van de voormalige open bare lagere school geraamde uitkering lager-onderwijs uit het gemeentefonds nog niet vast, terwijl daarnaast de lasten van de na het opmaken van de onderwerpelijke begroting 1972 nog aan de dienst 1973 moeten worden toegevoegd. Vooralsnog zijn wij van oordeel, dat de begroting 1973 geen ruimte biedt voor het aangaan van nieuwe onrendabele verplich tingen op langere termijn. Tegenover nieuwe lasten zullen der halve dekkingsmiddelen, zonodig uit belastingverhogingen moeten worden gesteld. Het raadslid Bensbach vraagt wat deze laatste opmerkingen exact inhouden. De Voorzitter antwoordt hierop, dat Gedeputeerde Staten tot een voorzichtig financieel beleid manen en dat voor elke onren dabele kapitaalsuitgaaf zoals b.v. een brandweerwagen dekkings middelen moeten worden gezocht. Zonder dat nog iemand het woord verlangt, worden de ingekomen stukken ter kennisneming aangenomen. 4. Voorstel van burgemeester en wethouders tot verkoop van gemeente grond. Zonder dat iemand het woord verlangt of stemming, wordt overeen komstig het voorstel van burgemeester en wethouders besloten tot verkoop van grond aan A.J.G.Dorgelo, H.Martens en N.H. van Poppelen. 5. Voorstel van burgemeester en wethouders tot het afsluiten van een vaste geldlening met de H.V.Bank voor Nederlandse Gemeenten. Zonder dat iemand het woord verlangt of stemming wordt overeen komstig het voorstel van burgemeester en wethouders besloten tot het aangaan van een vaste geldlening ad ƒ150.000, 6. Voorstel van burgemeester en wethouders tot het afsluiten van een hypothecaire geldlening met de heer N.H.van Poppelen. Zonder dat iemand het woord verlangt of stemming, wordt overeen komstig het voorstel van burgemeester en wethouders besloten.

Raadsnotulen

Putte: 1928-1996 | 1973 | | pagina 33