en zijn in 't kort installatie-kosten te noemen. Hij vraagt of er ten aanzien van het in het kort weergegeven programma nog opmerkingen of wensen zijn en of met het onderhavige voorstel accoord wordt gegaan. Het raadslid Janssens vindt het alles op zich nogal aan de rijke kant en een hoog bedrag. In principe stelt hij het zich zo voor, dat burgemeester van Erp zelf de receptiekosten be taald. Hij zegt het ook niet zo als een feest te zien en men iedereen, zelfs de Koningin wel kan uitnodigen en vindt het niet op zijn plaats. De Voorzitter stelt, dat het toch wel bij de entree van een nieuwe burgemeester algemeen gebruikelijk is, dat het ge meentebestuur de receptie aanbiedt, ook al kost dat de ge meente een behoorlijk bedrag. Het raadslid Janssens merkt op, dat gebruikelijk geen wet is. De Voorzitter zegt het niet juist te vinden als men van een algemeen gebruik gaat afwijken. Het raadslid Janssens zegt persoonlijk het zo te zien, dat iemand die een receptie wil geven en daarvoor personen uit- nodigd, die hij graag wil zien die voor/rekening dient te eigen nemen en de daaraan verbonden kosten zelf moet betalen. De Voorzitter zegt, dat het opgemerkte niet juist is en hier niet de burgemeester maar de gemeente uitnodigt en ontvangt. Het raadslid Janssens stelt, dat de burgemeester uit vrije wil gesolliciteerd heeft en het alles zo niet ziet en het daarom fantastisch overdreven vindt. De Voorzitter zegt, dat bijvoorbeeld bij van Niftrik een jubileum wordt gevierd, de fabriek aan de jubilaris de re ceptie aanbiedt. Het raadslid Janssens zegt, dat het wellicht niet de fabriek maar wel de personeelsvereniging zal zijn. -^e stellen Het raadslid Bensbach merkt op, dat het wel zo is dat het de installatie van een ambtsdrager is en het zo zou zijn, dat hij de kosten daarvan zelf moet dragen in financiële moeilijkheden wordt gebracht en benadeeld wordt Het raadslid Janssens zegt het laatst opgemerkte te betwijfelen. Het raadslid Bensbach stelt, dat men hier niet oen beroep mag doen op het particulier inkomen van betrokkene, omdat het een verplichting en gevolg van een ambt is en daardoor dan een aanslag op het budget van het gezin wordt gedaan. Het raadslid Janssens merkt op, dat het toch wel zo is, dat de promotie van secretaris tot burgemeester een financiële vooruitgang betekent. Hij zegt, dat het voor hem een. prin cipe zaak en 2000,-- teveel is, waar hij niet mee accoord kan gaan en het zo nu eenmaal ziet. De Voorzitter zegt, dat het door het raadslid Janssens in genomen standpunt zijn goed recht is, maar een afwijking van het algemeen gebruik zeer: zou betreuren. Het raadslid Janssens stelt, dat het niets persoonlijks tegen de persoon van "de burgemeester, die hij zelf nog niet kentis. Het raadslid Buijs merkt op, dat de gemeente bij het afscheid van burgemeester Boudrie ook een receptie heeft aangeboden en men het nu met een nieuwe burgemeester zeker moet doen. Wethouder de Bruijn stelt, dat het algemeen duidelijk is, dat de gemeente moreel verplicht is om personen uit té nodigen, waarmee de nieuwe burgemeester in zijn werk te maken krijgt. Het is toch ook gebruikelijk en toch zeker in het zeer gast vrije Brabant, dat men in bepaalde mate bij dergelijke feiten

Raadsnotulen

Putte: 1928-1996 | 1972 | | pagina 58