zware eisen zal stellen.
Het raadslid Janssens merkt verder op, dat er nabij de
zuiveringsinstallatie een bungalow wordt gebouwd, de naam
van de persoon is hem niet bekend, die geen recht van uitweg
van de provincie naar de grote weg krijgt. Hij vraagt hoe
dat in elkaar zit.
De Voorzitter antwoordt, dat het een procinciale weg is en
het dus een zaak van de provincie is en de gemeente er dus
niets mee te maken heeft.
Het raadslid Janssens zegt verder, dat nabij de in aanbouw
zijnde bungalow een sloot ligt, waarin naar hij meent het
water van de zuiveringsinstallatie geloosd wordt, die vol
gens toezegging van de technisch ambtenaar wel overwelfd
zou worden met rioolbuizen. Hij vraagt of een en ander juist
is
De Voorzitter zegt contact met de betreffende ambtenaars te
zullen opnemen.
Het raadslid Bensbach merkt op, dat in de vorige vergadering
ondermeer de kwestie van de bouw van garages ter sprake is
geweest. Hij vraagt of er al een inventarisatie is gemaakt
van klandestien gebouwde garages en andere hokjes.
Hij zegt, dat anders wel een scheve situatie wordt geschapen
en de indruk wordt gewekt, dat bepaalde personen worden
gezocht. Het lijkt hem billijk, dat de maatregelen op alle
klandestien gebouwde objecten toegepast worden. Als gemeente
kan men zijn positie dan 09k niet meer handhaven. Indien het
nog niet gebeurd is, verzoekt hij er alsnog aandacht aan
te schenken en tot inventarisatie van klandestien gebouwde
garages en andere over te gaan.
De Voorzitter antwoordt, dat er nog geen inventarisatie is
gemaakt. Het ligt wel in de bedoeling om deze zaak succes
sievelijk recht te trekken maar men dat in een rustig tempo
moet doen.
Het raadslid Bensbach merkt op, dat het bij Hermans toch zo
niet het geval was en daar zelfs veel politie bij is geweest.
Hij vraagt of het laatste wel nodig was of dat het een bij
zonder geval was.
De Voorzitter antwoordt, dat Hermans zes maanden geleden een
aanschrijving van B en heeft gekregen om de klandestien
gebouwde garage af te breken. Door de winterperiode, waarin
de auto dan buiten zou moeten staan en voor hulp van de zoon
is alles zes maanden gerekt geworden. Hij stelt, dat Hermans
dus tweemaal een aanschrijving heeft gekregen en daarna nog
eenmaal bij hem is geweest en toen beweerde, dat door mij
eerder was gezegd, dat het uitstel voor verwijdering van de
garage tot 1 juli zou gelden. Door de halsstarrigheid van
betrokkene heeft men uiteindelijk de getroffen maatregel
moeten nemen. Ten aanzien van het opgemerkte over de politie
macht zegt hij, dat er slechts één politieman onmiddellijk
ter beschikking is geweest maar er wel twee andere in reserve
zijn gehouden. Hij stelt, dat in dergelijke zaken een hoge
veiligheidsfactor in acht moet worden genomen, dat men eer
tijds met het verwijderen van de woonwagens ook heeft gezien.
Bij het nemen van maatregelen moeten alle voorzorgen worden
getroffen, die voorkomen dat er iets gebeurd dat niet verant
woord is.
Het raadslid Bensbach zegt verder, dat twee maanden geleden
de kwestie van het verpleeghuis ter sprake is geweest. Hij
vraagt in welk stadium de plannen verkeren of dat er soms