-6-
geschieden. Hij meent, dat als men alles nader in beschouwing
neemt het startsubsidie wel 250,mag zijn. Hij zegt, dat
het bestuur zich ten doel heeft gesteld een optimaal resul
taat te bereiken. Als enige verhoging van het voorgestelde
subsidie niet gebeurd, zal er weer een beroep op de porte
monnee van de huisvrouwen, die door herhaalde prijsstijgingen
toch al geregeld plaats vindt, moeten worden gedaan. Hij stelt
voor om het subsidiebedrag iets te verhogen.
De Voorzitter antwoordt, dat deze zaak door het college van
B en W ernstig is overwogen en omdat vele zaken nog niet
juist bekend zijn, heeft gemeend dat in eerste instantie met
een startsubsidie van 500,dient te worden volstaan.
Hij meent, dat men eerst ook enige ervaring moet opdoen en
wijst er op, dat men al een tijd in 1972 zit. Hij zegt er van
overtuigd te zijn, dat B en de voorgestelde subsidie zal
handhaven.
Zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig het voorstel
van burgemeester en wethouders en conform de aangeboden
concept-wijziging tot de vaststelling van de 11e begrotings
wijziging 1972besloten.
XII. Voorstel van burgemeester en wethouders tot verhuur van een
terrein aan de Postbaan aan de Stichting Rotterdam West i.o.
De Voorzitter vraagt of iemand van de vergadering omtrent
dit punt het woord verlangt.
Het raadslid Janssens merkt op, dat er nu wel een nieuwe
overeenkomst is bereikt, maar een eerder door hem gelezen
brief toch een heel ander geluid gaf. Hij zegt, dat men
nu plotseling geheel de andere kant uitgaat en vraagt of
men binnen de tijd van een maand het geweer van schouder
heeft veranderd.
Wethouder de Bruijn zegt, dat het met het laatst opgemerkte
zo niet het geval is en de raad destijds bij deze zaak ook
heeft stilgestaan. Hij merkt op, dat het nu een nieuwe
stichting is en er met enkele medewerkers besprekingen
zijn geweest, waardoor een zodanig vertrouwen en goede in-
I druk van de nieuwe leiding is gekregen, dat is te proberen
om de vakantie-activiteiten van de Stichting te laten
doorgaan.
De Voorzitter zegt, dat het ook voor B en een moeilijke
zaak was, omdat de raad/cfestijds aan meegewerkt heeft. Zo- er
wel het college van burgemeester en wethouders als de raad
dienen nu op een eerder gedaan voorstel en genomen besluit
terug te komen. Het college van B en W heeft toch gemeend
het te moeten doen, omdat thans deze zaak met betere waar
borgen is omgeven, mits aan de in de huurovereenkomst ge
stelde voorwaarden zal worden voldaan.
Het raadslid Janssens merkt op, dat het destijds toch wel
anders lag en gesproken is over burenoverlastmoeilijk
heden met belgische vakantiegangers en over een plan voor
de bouw van een zwembad binnen een tijdsbestek van drie
jaar. Hij stelt, dat het destijds dus een onjuiste voor
stelling is geweest.
Wethouder de Bruijn zegt, dat het raadslid Janssens zich
vergist en de bestemming van het zwembad nog op het onder
havige bosperceel ligt. Drie h vier weken geleden heeft
de heer van Ammel zelfs nog een bespreking met B en W aan
gevraagd met het oog op de eventuele ontwikkeling van fase 4.