De Voorzitter zegt hier verder niet op in te willen gaan.
Het raadslid Bensbach stelt, dat v.w.b. de instellingen van
buitenaf de continuering van een subsidie de maatstaf is
om verder te werken. Hij stelt, dat men bij heel wat van deze
instellingen geen controle kan uitoefenen. Deze instellingen
worden meestal gesubsidieerd door het rijk, provincie en ge
meente. Hij zegt zonder controle niet te kunnen beoordelen of
subsidiëring hiervan juist is
De Voorzitter antwoordt, dat de landelijke verenigingen mees
tal midden in het jaar reeds de begroting en rekening in
sturen.
Het raadslid Bensbach zegt dit van sommige verenigingen wel
aan te nemen. Hij noemt als voorbeeld het jeugdorkest Fravino.
Dit orkest wordt gesubsidieerd door de gemeenten Huijbergen,
Ossendrecht en nu ook door Putte. Hij vraagt zich af waar het
eind blijft. Hoe komt het College aan dit bedrag? Waarom geen
25,aldus het raadslid Bensbach
Hierna komt het raadslid Bensbach op de voorgestelde subsidie
aan de fanfare en stelt, dat de landelijke normen, welke hier
zijn gehanteerd, geen maatstaf kunnen zijn. Wij zijn als raad
verplicht deze zaak te controleren, want waar zijn die ƒ1500,--
in feite gebleven?
De Voorzitter antwoordt, dat de S.O.N.M.O. haar advies heeft
opgesteld na informatie bij alle verenigingen. Hij zegt nog
maals dat de fanfare een der duurste verenigingen in de gemeent
is.
Het raadslid Bensbach stelt, dat deze landelijke normen zijn
opgesteld bij minimale activiteiten. Als men beneden deze mini
mum activiteiten blijft, verdienen ze er nog aan.
De Voorzitter verwijst naar de kosten van dirigent en instrunen
ten.
Het raadslid Bensbach stelt, dat deze op de 1e plaats uit eigen
middelen moeten worden bestreden. Hier heeft men geen juiste
mentaliteit. Ze kunnen er best wat bij verdienen.
Do Voorzitter antwoordt, dat men dan nog subsidie nodig zal
hebben en deelt mede, dat men dit jaar weer op concours gaat,
hetgeen weer extra repetities kost enz.
Het raadslid Bensbach vindt de overlegde rekening en begroting
een miskleun. Hij stelt, dat de ontvangen ƒ1500,dienen te
worden verantwoord zowel in inkomsten als in uitgaven.
De Voorzitter antwoordt, dat alle verenigingen rekening en
verantwoording moeten overleggen.
Het raadslid Bensbach zegt, dat hier een eind aan moet komen.
Ook de goedwillenden moeten aan hun trekken komen. Hij zegt,
dat men bij verenigingen, welke een volledige begroting en re
kening hebben overlegd, toch posten heeft geschrapt. Bij de
fanfare gebeurt dit nooit. Hij stelt, dat men een methodiek
moet volgen waarbij de belangen moeten worden vastgelegd.
Men kan hier geen verordening voor vaststellen, doch men be
hoort deze zaken in goede banen te leiden door eon behoorlijk
beleid met inzicht van zaken.
De Voorzitter antwoordtdat men niet willekeurig te werk is
gegaan. Alle stukken zijn terdege bekeken. Ook de contributies
zijn onder de loep genomen.
Het raadslid Bensbach stelt voor de verenigingen te verplichten
om over tussentijdse perioden rekeningen te overleggen, zodat
men kan zien hoe de zaak verloopt. Anders kan men de zaak niet
corrigeren.
De Voorzitter zegt, dat men met voorschotten zal gaan werken.