Do Voorzitter antwoordt de lieer Janssens, dat het voorgestelde
subsidie voor de doofstommen is bedoeld als een bijdrage in de
nazorg van een patiënt uit de gemeente. De maatschappelijke
werkers die deze patiënten begeleiden doon veel goed werk.
Het raadslid Janssens opponeert, dat de anderen ook goed werk
doen.
De Voorzitter beaamt dit.
Het raadslid Janssens vindt de blindenzorg veel belangrijker.
Hij vindt, dat ze minstens gelijk moeten worden gesteld. Hij
betreurt het nogmaals, dat er geen commissie is ingesteld
welke zonder politieke gebondenheid objectieve voorstellen
kan doen.
De Voorzitter zegt het wel eens te kunnen zijn met de instel
ling van een commissie. Met 7 raadsleden ligt dit echter
moeilijk. Wanneer het College zal zijn uitgebreid tot 11 leden,
zal deze zaak gemakkelijker komen te liggen.
Het raadslid Janssens verwijst verder naar no.54 van de lijst.
Deze vereniging heeft in 1972 ƒ150,gekregen en nu wordt
voor 1973 ook weer 150,voorgesteld, terwijl de aanvraag
veel hoger ligt. Deze moeten maar zien dat ze er komen. Hij
vindt dit standpunt wel juist maar dan moet dit ook bij andere
verenigingen worden toegepast.
De Voorzitter stelt dat dit niet juist is. Vorig jaar heeft
deze vereniging op de begroting een nadelig saldo opgevoerd
van 770,terwijl de rekening een batig saldo to zien geeft.
Dit is het motief geweest voor het voorstel.
Het raadslid Janssens vervolgt met no.61. Fravino, Huijbergen
waarvoor ƒ100,is opgevoerd. Hij vraagt zich af waarom
ƒ100,en waarvoor geen 20,-- of ƒ400,Hij stelt voor
dit subsidie met 50,te verlagen.
Wat betreft no.65 stelt hij, dat men het hier blijkbaar niet
op zwerfhonden heeft begrepen. Bij volgno. 71 vraagt hij zich
af wat het I.P.O. is. Is dit soms een buitenbeentje?
De Voorzitter geeft hierover een korte toelichting en zegt,
dat deze instelling de kinderen van de hoogste klassen der
lagere school psychologisch test.
Het raadslid Janssens verzoekt of men in het vervolg de naam
van deze instelling voluit wil schrijven, dan kan hij het
tenminste ook lezen. Wat betreft de subsidie aan het gemeen
schapshuis ad 5000,--, zegt hij wel begrip te hebben voor de
moeilijkheden doch stelt toch voor dit subsidie met ƒ1000,--
te verlagen, daar hij bang is dat hot anders gewoonterecht
wordt.
De Voorzitter deelt mode, dat de exploitatiecijfers over het
eerste halfjaar 1972 nog meevallen. Hij zegt, dat er volgende
week een vergadering zal worden belegd met de besturen van
de verenigingen om te proberen deze zaak sluitend te krijgen.
Het raadslid Janssens continueert met volgno.23 en stelt dat
dit een punt is waar de oppositie zwaar aan tilt. Hij stelt,
dat het niet de bedoeling is om deze vereniging af te breken
of te nekken, want hij vindt de fanfare ook een sieraad voor het
dorp. Hij stelt echter, dat dit geen instelling mag zijn waar
men altijd maar geld bij moet stoppen. Hij heeft de stukken
van deze vereniging gezien en stelt dat hij bij andere vereni
gingen diverse posten van 300,is tegengekomen onder de
uitgaven, welke zouden zijn betaald aan de fanfare voor het
verzorgen van de carnavalbals. In totaal zijn hem 5 gevallen
bekend, in totaal derhalve 1500,Hij is deze 1500,niet
in de begroting van de fanfare tegengekomen en vraagt zich af