besloten.
X. Voorstel tot beschikbaarstelling van een krediet voor de
architectenkosten bouw definitieve school aan de Hogebergdreef
De Voorzitter stelt, dat er destijds plannen zijn gemaakt
voor de bouw van een definitieve openbare lagere school. In
1971 is aan de begrotingswijziging voor de bouw van deze
school door Gedeputeerde Staten de vereiste goedkeuring ont
houden. In deze begrotingswijziging waren ook de architecten-
kosten begrepen voor een bedrag van ruim 22.000,
Niettegenstaande de bouw van deze school niet doorgaat, heeft
de architect toch recht op zijn honorarium voor de gemaakte
plannen.
Het raadslid Bensbach interrumpeert de voorzitter en zegt dat
hij deze wil corrigeren. Hij stelt, dat het gezegde van de
voorzitter dat de bouw van deze school niet doorgaat niet
juist is. Deze zaak is nog niet van de baan. De Minister heeft
de betreffende urgentieverklaring afgegeven, welke nog steeds
geldt. Hij zag daarom gaarne een nadere toelichting van de
voorzitter omtrent deze uitlating.
De Voorzitter antwoordt, dat er destijds inderdaad een ur
gentieverklaring is afgegeven. Gedeputeerde Staten konden
met de bouw accoord gaan indien de gemeente zelf voor fin
ancieringsmiddelen kon zorgen. Dit zat er destijds niet in.
In de voorjaarsvergadering is daarop door de raad besloten
het besluit tot de oprichting van een openbare school in te
trekken.
Het raadslid Bensbach stelt, dat dit raadsbesluit onwettig is
genomen. Hij stelt, dat de urgentieverklaring hiervoor is
afgegeven en dat deze kost wat kost in stand moet worden ge
houden.
De Voorzitter zegt, dat de raad heeft besloten tot intrek
king van zijn besluit tot oprichting van deze school.
Het raadslid Bensbach stelt nogmaals, dat dit besluit on
wettig was. Het recht tot oprichting van deze school bestaat
en dit kan niet door de raad ongedaan worden gemaakt.
De Voorzitter deelt mede, dat de bouw niet door zal gaan om
dat de raad zijn besluit heeft ingetrokken.
Het raadslid Bensbach zegt, dat de raad dit niet kan. Hij
stelt, dat een gegeven opdracht uitgevoerd dient te worden. Er
was geen grond aanwezig voor de raad tot intrekking. Men mag
de zaak niet vooruit lopen.
De Voorzitter vraagt of er nog aanmerkingen zijn op het voor
stel tot het beschikbaarstellen van het krediet voor de ar
chitectenkosten.
Overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders wordt
zonder hoofdelijke stemming tot vaststelling van deze begrotings
wijziging besloten.
XIVoorstel tot 24e wijziging van de begroting 1972 inzake kosten
bibliotheekvoorziening.
De Voorzitter deelt mede, dat bij deze begrotingswijziging
ƒ3100,aan de begroting is toegevoegd voor de kosten van de
bibliobus terwijl daarbij tevens 7500,van de begroting
is afgevoerd wegens instandhoudingskosten van de openbare
lagere school.
Zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig het aange
boden concept besloten.