De Voorzitter zegt, dat het opgemerkte hier niet het
College van Burgemeester en Wethouders betreft.
Het raadslid van Linden'zegt het inzicht van de heer
Bensbach te delen. Hij voelt er niets voor om weer maar
vlug een beslissing te moeten nemen, waarvan men achteraf
spijt van kan hebben.
Het raadslid Janssens zegt dezelfde mening te zijn toege
daan.
Het raadslid Buijs merkt op stemming te verlangen.
De Voorzitter verzucht en deelt mede, dat als deze zijn
laatste raadsvergadering in Putte is, die bij hem lang
in geheugen zal blijven als de"avond der stemmingen".
Hij zegt toe te moeten geven, dat het de stemming er wel
inbrengt maar het alleen wel aan betrokkenen ligt om te
beoordelen welke stemming.
Het raadslid Bensbach verzoekt de Voorzitter na te willen
zien of stemming hier mogelijk is en stelt, dat het zomaar
een aanvullend agendapunt is. Kunt U aantonen mijnheer de
Voorzitter,waar het wel is gebeurd?
Het raadslid Janssens stelt, dat naar zijn inziens over een
punt, dat niet op de agenda is vermeld, niet gestemd kan
worden.
De Voorzitter zegt het opgemerkte te betwijfelen en het
voorstel van B W in stemming te brengen. Hij merkt op,
als het niet juist is, men hem het wel kan laten weten.
Het raadslid Buijs en Sluijts, en de wethouders de Bruijn
en de Light verklaren voor en de raadsleden Janssens, van
Linden en Bensbach tegen te zijn.
De Voorzitter deelt mede, dat het voorstel van Burgemeester
en Wethouders met 4 voor tegen 3 stemmen is aangenomen.
VI. Rondvraag
Het raadslid Janssens merkt op te mogen veronderstellen,
dat besluiten en voorstellen van B W worden genomen door
of met medeweten van drie personen. Hij stelt, dat wet
houder de Light steeds verkondigd "ik weet van niets".
De Voorzitter herinnert het raadslid Janssens aan het hem
bij zijn installatie als raadslid gegeven advies om het
eerste jaar alle stukken eerst eens goed te bestuderen.
Het raadslid Janssens stelt, dat er een besluit is genomen
tot wijziging van het bestemmingsplan met betrekking tot
de gronden van Buijs. Hij zegt, dat het in strijd is met
het bepaalde in artikel 52 van de gemeentewet en het be
sluit dus niet geldig is, dat ook geldt voor de te bouwen
kalverstal.
De Voorzitter antwoordt, dat het besluit alleen voor de her
ziening van het bestemmingsplan geldt en het zal nazien.
Het raadslid Janssens merkt verder op, dat de B.B.A.bus
nog steeds de oude route volgt.
De Voorzitter antwoordt, dat vorige week de lang verwachte
instemming van Gr.S. is ontvangen voor de geplande bushaltes
in de Antwerpsestraat. Het creëren van oversteekplaatsen
in de Antwerpsestraat is bij G.S.nog in beraad. Met be
trekking tot de rioolwaterzuiveringsinstallatie deelt de
Voorzitter mede, dat de besprekingen gestadig vorderen
maar nog niet helemaal rond zijn.
Het raadslid van Linden merkt op, dat met het laatste een
door hem voorgenomen te stellen vraag is beantwoord.
Het raadslid Bensbach zegt nog even terug te willen komen
op een punt van de laatste vergadering. Hij stelt, dat
toen is besloten tot de uitgifte van een informatiegids
door de gemeente en merkt op, dat het al een hangende zaak
van 1968 is. Hij zegt verder, dat hij er herhaaldelijk