vaarlijke zaak. Hij meent, dat men er beter een enquête over kan houden en dan een inzicht krijgt of de Putse bevolking zich met de voorgestelde gang van zaken kan verenigen. Hij adviseert om bepaalde groepen van mensen over het ontwerp- reglement, dat vol hiaten zit en moeilijkheden geeft te horen. De Voorzitter merkt op, dat in principe een zekere versobering bij begravingen wel geboden is en wel geaccepteerd wordt. Het raadslid Bensbach zegt wel over het ontwerp-reglement een korte algemene beschouwing te willen geven als de vergadering het goed vindt. Hij stelt, dat essentiële punten die informeel zijn besproken niet in het ontwerp-reglement zijn opgenomen, ondermeer staat er omtrent de opeenvolging en opvulling van plaatsen niets vermeld. Hij zegt verder, dat het een algemene begraafplaats is en vraagt op de opvulling in volgorde van binnenkomst geschiedt? Secretaris van Kaam antwoordt, dat er bepaalde kamers voor andersdenkenden zijn. Het raadslid Bensbach en van linden stellen, dat het in de raad zo niet is afgesproken en men dan weer hekwerk e.d. krijgt, dat voor hun niet aanvaardbaar is. Begraven in volgorde van binnenkomst ontmoet bij hun geen bezwaar. Men stelt, dat het ook nog geregeld dient te worden. Het raadslid Sluijts meent, dat er toen ook nog gesproken is over kruisen, dat weer afscheidingen zou geven. Secretaris van Kaam zegt, dat kruis bij kruis en steen bij steen kan. Het raadslid Bensbach merkt op, dat er wel een redelijke re geling moet,zijn, maar men de mensen wel wat vrij moet laten. De Voorzitter antwoordt, dat het opgemerkte wel in tegenspraak met zijn vroeger standpunt is. Het raadslid Bensbach stelt, dat nu blijkt dat de bevolking anders wil. Hij zegt als het voor hem goed is, als er dan maar geen tegenkantingen tegen zijn. De Voorzitter antwoordt, dat er op het nieuwe gedeelte al een 4 of 5 tal begravingen zijn gebeurd en de nabestaande met de nieuwe regeling zondermeer accoord zijn gegaan en er zelfs gelukkig mee waren. Wethouder de light merkt op, dat bij de destijds gehouden bespreking is aangehaald om het reglement zoveel mogelijk te laten behelzen om eenvormigheid te verkrijgen. Hij zegt het bezwaar van de heer Bensbach te kennen, die bang is om alleen te komen liggen. Het raadslid Bensbach stelt, dat hij helemaal niet bang is voor alleen komen te liggen. Het raadslid van Linden stelt, dat te voorkomen is dat het woord kamers wordt verkregen en het anders een wir war wordt en ook in de raad afgesproken is om met de begravingen bij graf 1 te beginnen en opvolgend in orde van binnenkomst door te gaan. Het raadslid Bensbach stelt nog, dat afzonderlijke begraving in het geheel niet ter sprake is geweest. Het raadslid van linden zegt, dat afgesproken is over het be graven in volgorde van binnenkomst. Wethouder de Light merkt op, dat er in Ossendrecht ook afzon derlijke gedeelten zijn. Het raadslid Bensbach stelt, dat men met Ossendrecht niets te maken heeft en destijds is besloten tot het begraven in volg orde van binnenkomst. De Voorzitter merkt op, dat afzonderlijke kamers als zodanig ook niet in het ontwerp-reglement staat vermeld. Het raadslid Sluijts heeft bedenkingen tegen de omschrijving "dubbele graven". Hij vraagt of het de bedoeling van twee enkele graven is.

Raadsnotulen

Putte: 1928-1996 | 1971 | | pagina 54