-6- XIII. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot vaststelling van de verordening tot 2e wijziging van de Verordening op de heffing en invordering van een rioolrecht. De Voorzitter zegt, dat door de wijziging het rioolrecht van 50, op 60,wordt gebracht. Het raadslid van Linden stelt, dat door de rioolwaterzuivering- installatie zoveel belasting is te betalen, dat diverse inwoners er zelf niet meer aan uit kunnen. Hij vraagt of iemand die langs de provinciale weg of gemeenteweg woont, maar niet aangesloten is op de riolering ook verplicht is om rioolrecht te betalen. De Voorzitter meent, dat men de persoon in kwestie niet kan belasten. Het raadslid van Linden vult het door hem opgemerkte aan en stelt, dat het betreffende pand wel aansluitbaar is. De Voorzitter zegt voor het geven van antwoord daarvoor de verordening te moeten nazien. Secretaris van Kaam merkt op, dat als men niet op de riolering is aan gesloten geen rioolrecht verschuldigd is. De Voorzitter zegt, dat het rioolrecht dus alleen geldt voor hen die op de riolering zijn aangesloten met andere woorden voor iedereen die loost op de riolering. Het raadslid van Linden stelt nog dat dus geldt; als men niet op de riolering is aangesloten men geen rioolrecht moet betalen. Het raadslid Sluijts merkt op, dat bewoners van panden die aansluit baar zijn op de riolering toch nog gebruikmaken van de faecalien- zuiger. Hij zegt, dat in het verleden is gebleken, dat de daarvoor in rekening gebrachte kosten aanmerkelijk lager zijn dan de werkelijke kosten. Ook vallen de bewuste bewoners buiten het rioolrecht. Hij vraagt of het nu zo is, dat de te betalen bijdrage aan de werkelijke kosten is aangepast of dat het nog moet gebeuren en anders daarmee toch wel bevoordeeld zijn. De Voorzitter antwoordt, dat de bewoners van panden die van de faecalienzuiger gebruik maken, maar niet op de riolering zijn aange sloten wel rioolaanlegbelasting betalen. Secretaris van Kaam merkt nog op, dat bewoners van panden die aan sluitbaar zijn op de riolering en nog gebruik maken van de faeca- lienzuiger heel klein in aantal zijn. Hij zegt een en ander te hebben nagegaan en het gebruik maken van de faecalienzuiger overwegend be woners van panden in de Keizerstraat, de Postbaan en de Heidestraat zijn, waar geen riolering aanwezig is. Zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders et. conform de aangeboden concept-veror dening tot wijziging van de o .derhavige verordening, besloten. XIVVoorstel van Burgemeester en Wethouders tot vaststelling van de Verordening tot 5o wijziging van de Verordening op de heffing en invordering van een straatbelasting in de gemeente Putte. Overeenkomstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders en conform de aangeboden concept-verordening wordt zonder hoofdelijke stemming tot de vaststelling van de onderhavige verordening, besloten. XVVoorstel van Burgemeester en Wethouders tot vaststelling van de verordening op de heffing van opcenten op de hoofdsom der grond belasting voor de gemeente Putte. Zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders en conform de aangeboden concept-veror dening tot de vaststelling van de Verordening op de heffing van op centen op de hoofdsom der grondbelasting voor de gemeente Putte, besloten.

Raadsnotulen

Putte: 1928-1996 | 1971 | | pagina 191