2.
ma land-en tuinbouwschool.
Be Voorzitter merkt nog op,dat de leeftijd van Aartsen 30
jaar en van van Beeck S"J jaar is.
Het raadslid Janssens zegt het met het over naar vorenge-
brachte van drie van de vijf sollicitanten eens te zijn.Be
heer Scheffers acht hij wel een geschikte kracht voor de
plantoendienst.Het raadslid van linden corrigeert de heer
Janssens en zegt,dat het niet het geval is.
Het raadslid Janssens merkt op,dat het beweerde een vergis
sing zijnerzijds is. Hij stelt,dat sollicitant Huijgen toch
wel kundig is en denkt dat die ook wel geschikt is.Hij
vraagt wat daar aan mankeert.
Wethouder de light antwoordtdat alle sollicitaties terdege
zijn bekeken.Hij zegt,dat de heer van Poppelen de persoon en
houding van Huijgen voor gemeenteTarbeider niet goed vindt.
Hij stelt,dat van de persoon als gemeente*- arbeider ook een
zekere houding dient uit tegaan.
Het raadslid Janssens zegt uit het opgemerkte te moeten con
cluderen ,dat Huijgen niet in de smaak valt.
He Voorzitter zegt er nog even op te willen attenderen,dat
wanneer men iemand gaat benoemeh men aaii het hele leven van
de persoon vastzit. Hij stelt,dat het ook bij de gemeente
niet wenselijk meer is om iemand te benoemen die een nood
sprong naar de gemeente maakt en daardoor de gemeente finan
cieel het volle pond voor een halve kracht kost.Hij stelt
verder,dat het opgemerkte in zijn algemeenheid geldt.Hij
zegt verder,dat het karakter en de houding van de persoon
ook zeer belangrijk iseen ondermeer een persoon die niet in
een team past de hele werksfeer en de andere werkkrachten
ook nog bederf<fc. Hij stelt,dat een benoeming veel belang
rijker is als men soms denkt.
wethouder de Light herhaalt,dat alle sollicitaties met de
heer van Poppelen en opzichter Bakx ernstig zijn bekeken.
Hij stelt,dat te bedenken is,dat die met de mensen moeten
werkenn en het hier niet over min of meer in de smaak val
len gaat,maar in hoofdzaak over acceptabel zijn.
Het raadslid Bensbach zegt,dat men zich door de overwegingen
moet laten leiden voor het dienen van de belangen van de
gemeente.Hij merkt op,dat er is gerept over het inachtnemen
van de gezondheidssituatie bij de aanstelling van de per
soon in kwestie,hoewel een mensenleven wel verder reikt dan
vijftig jaar.Hij zegt verder,dat ook gesproken is over de
noodsprong naar de gemeente om daar dan een rustig leventje
te leiden.Hij stelt,dat de gedachten hier uit te dienen gaan
naar een jongere kracht en in deze naar de heer Aartsen,die
de leeftijd van 30 jaar heeft en in Bergen op Zoom een cur
sus voor tuinnier kan volgen.Hij zegt,dat het toch wel zo
is,dat een jonge kracht de voorkeur verdient boven een per
soon van boven de leeftijd van 50 jaar.Hij stelt verder,dat
de heer -"-arts ook in het bezit is van rijbewijzen en dus in
noodsituaties kan invallen als chauffeur van de gemeentewa
gen.Hij zegt,dat een keus is te maken en voor de benoeming
^an gemeente^arbeiderode heer Aartsen in aanmerkihg komt
ook gezien zijn leeftijd.
Wethouder de Light merkt nog op,dat bij de opstelling van
de aanbeveling ae suggestie is geopperd,dat de persoon die
benoemd wordt de cursus in Bergen op Zoom zal gaan volgen.
Het raadslid van Linden zegt,dat het de benoeming van een
arbeider voor de plantsoenendienst betreft.Hij stelt,dat er
toch niet zoveel plantsoenen zijn en vraagt of de man in
kwestie ook andere werkzaamheden moet verrichten of het uit
sluitend plantsoenwerk is.
Wethouder de Light antwoordtdat het in eerste instantie
plantsoenwerk is ,maar normaal verder alle andere
zaamheden.