14 De Voorzitter stelt, dat het een voorstel van Burgemeester en Wethouders is geweest. Hét raadslid Suijkerbuijk zegt, dat het toentoch de Bedoe ling is geweest van personen die voor 1966 grond gekocht hadden geen aanslag op te leggen. De Voorzitter antwoordt, dat je het artikel zo kunt inter preteren maar infeite de redactie op drieërlei wijze uit- legbaar is. Hij zegt, dat noch hij noch B en W noch de raad dat is doorgedrongen en men een "bepaalde zienswijze "oa ogen heeft gehad en men nu door de praktijk aan het nadenken is geslagen. Het raadslid Suijkerbuijk merkt op, dat er nog mensen zijn die voor 1966 grond hebben gekocht die nog geen belasting aanslag hebben gehad. De Voorzitter antwoordt, dat in 1968 de eerste aanslagen zi zijn uitgegaan en het tijdstip voor hem geen rol speelt. Omtrent het opgemerkte door raadslid van-Binden, stelt de Voorzitter nogmaals, dat het naar vorengebrachte een om draaien van de zaak is en niet door maar aan de heer van linden is gevraagd om met een alternatief voor zijn be oogde intrekking van de verordening te komen. Hij stelt, dat de betreffende verordening destijds in openbare ver gadering van en door de raad is vastgesteld en het met de stuipen op het lijf jagen wel losloopt en het nu nog wel een vraag is hoeveel mensen er wel en niet van op de hoogte waren. Hij stelt, dat zelfs een betreffende persoon bij hem is geweest die hij gerust heeft gesteld en geadviseerd heeft om in beroep te gaan, wat hij niet heeft gedaan. Hij zegt, dat.de verordening daarvoor ook niet in het leven is geroepen om de mensen de stuipen op het lijf te jager- maar ook hier geldt, dat ieder wordt geacht de wet te ken nen. Hij zegt, dat het uitlopen van het bedrag van 17,700,— naar 90.000,ook een van de redenen is ge weest tot diepere bestudering van de verordening, die vol komen in strijdmet de gemeentewet en de huidige rechts opvattingen is en onrecht vooi' de aangeslagene betekent. Het raadslid Suikerbuijk stelt, dat deze zaak voor hem meer dan een eerder gesugerende storm in een glas water is en men vanavond uiteindelijk moet komen tot een afgerond geheel en daarbij speelt of de belastingaanslagen ten

Raadsnotulen

Putte: 1928-1996 | 1970 | | pagina 47