gekomerio Hij vraagt de raadsleden het ook te doen. Hij zegt nogmaals toe op korte termijn de zaak grondig te zullen onderzoeken en dan een commissie ad hoc uit de raad te benoemen en opmerkingen of bezwa ren dan naar voren kunnen worden gebracht. Het raadslid Slu.yts betuigt zijn instemming met de geopperde ziens wijze. XII.Rondvraag. Het raadslid van Linden stelt, dat de steeds gepropageerde goede werkverdeling bij gemeentewerken, wel twijfelachtig ise Hij wijst op de vreemde gang van zaken bij de uitbreiding van de begraafplaats. Hij zegt, dat daarvoor grond vanuit de Postbaan is aangevoerd en overbodige grond van het naast het kerkhof gelegen terrein naar het dorp is afgevoerd. Hij vraagt hoe dat in elkaar zit. He Voorzitter antwoordt, dat een en ander is besproken met de Heide mi j. en de "Mabeg" en in eerste instantie de vrijkomende grond van het terrein naast de begraafplaats zou worden gebruikt voor de uit breiding van het kerkhof. Bij de aanvang van de uitbreiding van de begraafplaats was men echter met de uitgraving van het terrein voor de zuiveringsinstallatie nog niet zover. Van de zijde van de Mabeg waren er tevens technische bezwaren tegen vooraf uitgraven van het terrein en afgeraden werd daarna al te beginnen. Wethouder de Bruyn merkt op, dat de Heidemij de eis stelde zelf de ondergrond voor de uitbreiding van de begraafplaats aan te geven, dat belangrijk werd geacht voor de waterstand. De vrijkomende grond van het naast gelegen terrein werd daarvoor minder geschikt geacht. Het raadslid van linden stelt, dat de aangevoerde grond hem ook niet zo best lijkt. Hij wijst op de uitgegraven put van de zuiveringsin stallatie, waarvan dp grond onnodig ver is afgevoerd. H® Voorzitter antwoordtdat het in de gang en stand van de werken zat. Met de zuiveringsinstallatie was het toen niet rond. Hij zegt, dat aan déze kwestie wel terdege aandacht is geschonken. Wethouder de Bru.yn zegt, nog even te willen inhaken op het opgemerk te door de Voorzitter omtrent de verbetering van de Putseweg. Hij stelt, dat de heer van Rijen het beslist niet gedaan heeft voor de publiciteit en het op een volkomen juiste en eerlijke manier heeft gespeeld en hem alleen alle lof toekomt. Hij zegt zich gelukkig te achten, dat hij als wethouder maar ook als particulier aan de aktie heeft mogen meewerken. He Voorzitter vraagt laconiek hoe als wethouder? Hij zegt, dat men hem niet moet misverstaan. Hij zegt alle lof en dank voor het actie comité en pers te hebben, die het bijzonder goed hebben gespeeld. Voor allen niets dan lof. Hij zegt alleen op de door de provincie gevolgde weg en gang van zaken, ten opzichte van betrokken gemeente besturen te hebben willen wijzen. Op voorstel van de Voorzitter wordt vervolgens overgegaan in besloten zitting. Na heropening van de vergadering stelt de Voorzitter aan de orde: XI.Voorstel van burgemeester en wethouders tot toewijz4»g bejaarden- woningen. •^e Voorzitter deelt mede, dat dit punt in besloten zitting is be sproken. Voorgesteld wordt om een bejaardenwoning toe te wijzen aan: zie lijst Zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders besloten.

Raadsnotulen

Putte: 1928-1996 | 1969 | | pagina 9