2 -
Niemand van de vergadering verlangt nadere toelichting of het
woord.De Voorzitter stelt dat overeenkomstig het bepaalde in het
reglement van orde voor de raadsvergaderingen,de behandeling van
de bedrijfsbegrotingen aan de behandeling van de gemeentebegroting
vooraf dient te gaan,en de inkomsten voor de uitgaven aan de orde
komen.Hij vraagt wme van de raadsleden vragen of op of aanmerkin
gen heeft betreffende de inkomsten van de begroting van het waning
bedrijf 1968 en daarvoor het woord verlangt.Niemand van de verga
dering verlangt het woord ,dat tevens het geval is ten aanzien va]
de uitgaven van de begroting van het woningbedrijf.Hij stelt dezei
de vraag over de inkomsten en uitgaven van het grondbedrijf 1968.
Ook thans wenst niemand van de vergadering het woord.Vervolgens
stelt hij hoofdstuksgewijze de behandeling van de gemeentebegro
ting 1968 aan de orde.Bij voorlezing van elk hoofdstuk wordt de
raadsleden gelegenheid gegeven tot het stellen van vragen of het
maken van op of aanmerkingen.Niemand van de vergadering maakt op
of aanmerkingen of stelt vragen,noch ten aanzien van de hoofdstuk
ken van de gewone dienst noch ten aanzien van de kapitaaldienst
De Voorzitter zegt,dat de begrotingen 1968 zeer serieus zijn on
derzocht en bekeken en tijdens een gisterenavond gehouden bijeen
komst ruim de gelegenheid hebben gehad voor het vragen ban nadere
inlichtingen.Hij vraagt wie van de vergadering omtrent dit punt
V nog iets te vragen op of te merken heeft en daarvoor het woord
verlangt,Niemand wenst het woord.Voorgesteld wordt tot de vast
stelling van de gemeentebegroting 1968 en de daarbij behorende be
drijf sbegrotingen 1968,zoals in concept aangeboden te besluiten.
Zonder hoofdelijke stemming wordt met algemene stemmen overeen
komstig het voorstel van burgemeester en wethouders en conform de
aangeboden concept-begrotingen ,tot de vaststelling van de begro
tingen van baten en lasten en van kapitaalsinkomsten en kapitaals
uitgaven van het woningbedrijf en van het grondbedrijf 1968,alsme
de van de gemeentebegroting 1968 besloteh.
IV. Voorstel van burgemeester en wethouders tot het aanvragen van eei
aanvullende bijdrage uit het gemeentefonds ingevolge art.12 van~
de Financiële Verhoudingswet.
Na een korte toelichting van de Voorzitter wordt overeenkoms
tig het voorstel van burgemeester en wethouders en conform het
aangeboden concept tot het aanvragen van een aanvullende bijdra
ge uit het gemeentefonds voor het jaar 1968 besloten.
•V, Rondbraag.
Het raadslid Bensbach merkt op,dat op de begroting een bedrag
van f.500,-.is opgenomen om de bevolking op een bepaalde wijze
voor te lichten.Hij zegt er nog niets van te hebben gezien en
vraagt wat de reden daarvan is. 5
De Voorzitter antwoordt.dat er wel een voorlichtingsavond voor
de bevolking is gehouden.Voor het uitblijven van het mededelin
genblad is er maar een reden tijd en nog eens tijd.Hij zegt,dat
er andere dringende zaken zijn die niet kunnen blijven liggen en
het met het personnel op de secretarie bijzonder moeilijk is.Hij
zegtiiverheugd te zijn met de opmerking en het zeer de aandacht
heeft.
Het raadslid Bensbaeh acht het zeer belangrijk vooral met het
oog op de uitbreiding van de gemeente aan nieuwe ingezetenen alx:
was het maar een eenvoudige folder kon worden verstrekt waarin
zij geinformeerd worden over allerlei diensten en voor zaken
waar zij terecht kunnen.
De Voorzitter zegt het volkomen eens met de zienswijze te zijn
en het een stortvloed van vragen opvangt.Hij zegt de opstelling
en verspreiding binnen een tijdsbestek van twee maanden toe*
Het raadslid Bensbach oppert het idee om een redactie-commissie
uit de raad te formeren ,die zo ook iets voor de gemeente kan
doen en bepaalde onderwerpen kan behandelen.
De