De Voorzitter antwoordt, dat het achter in de tuin is, en aangezien het een woningwetwoning "betreft, overleg met het Ministerie van Volkshuisvesting vereist is. Hij deelt mede, dat het technisch wordt "bekeken maar de "bouw dringend nodig is. Het raadslid Bensbach vraagt, of het nu 5 grondtransacties zijn. De Voorzitter antwoordt bevestigend en zegt dat er nog 1 transactie in besloten zitting aan de orde komt. Zonder hoofdelijke stemming wordt tot de voorgestelde grond- verkopen beslotèn. VIII Voorstel van burgemeester en wethouders tot wederinkoop van een perceel bouwgrond(Mevr.A.J.M.F. van Elzakker-Schoenmskers) Ook op dit punt geeft de Voorzitter aan de hand van het prae- advies van B en W een nadere toelichting. Hij deelt mede, dat door hetoverlijden van de heer J.F. de Leeuw de oorspronkelijke plannen voor de bouw van een bungalow in plan "West" moeten worden opgeschort. Hij stelt, dat Mebr. de Leeuw inmiddels is hertrouwd en door de fmnktie die haar tweede echtgenoot bekleedt aan Halsteren als woonplaats gebonden is,Voorgesteld wordt tot terugkoop van het grondperceel, conform het aange boden concept-besluit te besluiten. Hij merkt nog op, dat omtrent een en ander overleg met de Prov.Griffie is gepleegd. Zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders en conform het aangeboden concept-besluit tot terugkoop van het perceel bouwgrond besloten. IX Voorstel van burgemeester en wethouders tot het garanderen van rente en aflossing van te sluiten geldleningen ten behoeve van de bouw van premie-woningen Aan de hand van het prae-advies van B en W geeft de Voozitter op dit punt een nadere toelichting.Hij deelt mede,dat het 5 particuliere bouwers betreft. Het raadslid Bensbach zegt, dat hij als een als een vorige keer nu over dit punt weer het woord wenst. Hij vraagt of men op de verklaring.van de Stichting Hypotheekfonds, ondanks de mede garantie van het rijk, zondermeer maar moet afgaan. Hij acht het noodzakelijk, dat van gemeentewege de aanvragen nauwkeurig worden onderzocht. Hij stelt, dat met de stukken wordt gegooid maar deze vergadering een ongelegen plaats om er verder over uit te wijden. Hij merkt op, dat er aanvragers bij zijn, die financieel niet in staat zijn om hun verplichtingen na te komen, en acht het noodzakelijk, dat deze gevallen van gemeentewege worden dmderzocht en toch ook niet zo is, dat men alles maar blindelings moet accepteren..Hij zegt beslist tegen deze gang van zaken te zijn.

Raadsnotulen

Putte: 1928-1996 | 1968 | | pagina 30