4. instellingen e.d. .Hij stelt nogmaalsdat het een absolute eis van de Minister is,dat reeds in het verleden meermalen is aangeroerd en waaraan niet te ontkomen is. Hij zegt,dat met de voorgestelde "bedra gen aan rmoolzuiveringsrechtrioolonderhoudsrecht en rioolafvoer- recht voor bedrijven men in totaal aan een belastingopbrengst van f.33500,-. komt. Hij stelt,dat het maar een raming is en het kan mee maar ook kan tegenvallen. Voorgesteld wordt om het benodigde krediet voor de aanlwg van een rioolzuiveringsinstallatie van de dienst 1966 over te brengen naar^ de dienst 1968; vast te stellen de verordening rioolrechten,zoals in concept aangeboden; en besluiten tot het aangaan van een vaste geld lening ad f.650.000,-. met de N.V.Bank voor Nederlandse Gemeenten te 's-Gravenhage.Hij zegt,dat bij instemming met de voorstellen op zeer korte termijn en nog wel deze zomer,tot aanbesteding van de aanleg van een rioolwaterzuiveringsinstallatie kan worden overgegaan. Het raadslid Bensbach informeert naar het type van de zuiveringsin- stallatie en vraagt of dat hetzelfde is dat reeds eerder in de raad is besproken. De Voorzitter antwoordt,dat het hetzelfde type is,dat ook door het R.I.Z.A. is goedgekeurd en het een zwitsers systeem is. Het raadslid Bensbach zegt,zich zeer bewust te zijn,dat de rioolwa terzuiveringsinstallatie er moet komen en dat er geen andere midde len en wegen zijn,dan belastinginvoering,die echter weer op de wo ningbezitters neerkomt. Hij stelt,dat het voor veel mensen een gewei dige uitgave is.Hij zegt,dat het een onaangename maatregel is,maar het moet gebeuren.Hij vraagt of men de bevolking hierop niet iets had kunnen voorbereiden.Hij acht het noodzakelijk,om de bevolking goed in te lichten en zegt,dat men nu terugschrikt van de grote be dragen en meent,dat er aan tijd toch ruim de gelegehheid is geweest om de bevolking voortijdig in te lichten.Hij zegt,dat men de bevol king voor dergelijke plannen geleidelijk moet rijpmaken.Nu zegt men, het is een mooi plan maar wij moeten het betelen,omdat men de nood zaak niet zo aanvoelt. Hij verzoekt in de toekomst over dergelijke plannen de bevolking tijdig in te lichten omdat het hier toch ook geen kwestie van geheimhouden is.Hij zegt,dat de bevolking er dan meer begrip voorop kan brengen.Nu komt men ineens met forse rechten. fe Voorzitter antwoordtdat de pers wel voor publicatie zal zorgen. Hij zegt dat met de opstelling van een voorlichtingsfolder men be zig is.Hij merkt op,dat het met het personeel en overstelpend werk op de secretarie zeer moeilijk ligt,en van G.S. voorhsnds reeds toe stemming is verkregen om een vrouwelijke administratieve kracht aan te trekken.Hij zegt verder,dat er grote plannen in bewerking zijn die enorm veel tijd van hemzelf en het secretariepersoneel vragen. Op de griffie in den Bosch is men het met de noodzakelijke personeel uitbreiding zowel op de secretarie als bij gemeentewerken in princi- eens.Hij zegt grote bewondering te hebben voor de manier en het hoge tempo waarin gewerkt moet worden.Hij merkt op,dat de afwerking van de voorlichtingsfolder op hem wacht en hoopt daarvoor spoedig tijd vrij te krijgen maar stelt,dat zeer belangrijke zaken eerst de bij zondere aandacht vragen en hijzelf daarmee tot volgende week woens dag inclusief het komende weekend reeds overbezet is.Hij zegt er wel uit te komen en aan het punt belastingen een apart hoofdstuk te zul len wijden. Hij stelt verder,dat het rioolzuiveringsrecht niet ten laste van de eigenaar maar ten laste van de gebruiker komt en ver schuldigd is met ingang van de 1 januari van het jaarcvolgende op dat waarin de rioolwaterzuiveringsinstallatie in werking is gesteld, en dat op zijn vroegst 1 januari 1970 zal zijn.Hij deelt mede,dat nog zal worden nagegaan of het niet mogelijk is om met de rioolbelas ting ook tot een uniform bedrag (recht)te komen. Hij stelt,dat het de consequentie van rioolaanleg is waarvan het klap-sluitstuk de rioolwaterzuiveringsinstallatie is Het raadslid van linden vraagt of alle woningen onder de belasting vallen of alleen de woningen die op de riolering zijn aangesloten. De

Raadsnotulen

Putte: 1928-1996 | 1968 | | pagina 17