- 6 - IX. Voorstel van burgemeester en wethouders tot het p;even van na men aan straten in het bestemmingsplan Putte", Aan de hand van het prae-advies van B W geeft de Voorzittei een nadere toelichting. Hij deelt mede,dat nu de stratenaanleg in het bestemmingsplan "Kom Putte" bijna is voltooid op korte termijn dient worden overgegaan tot het geven van namen aan de: straten. Voorgesteld wordt om de straten tussen de Canadalaan en de Beukendreef te vernoemen naar de leden van het Koninklijl Huis een en ander in aansluiting op den reeds eerder genomen raadsbesluit,en de Prinses Marijkestraat te veranderen in Prin ses ChristinastraatVoorgsteld wordt verder,om de straat welke vanaf de Canadalaan in noorderlijke richting loopt tot aan de Prinses Christihalaan Europalaan te noemen. Voorgesteld word" vedder voor het gebied ten noorden van de Beukendreef bomenna-r men te bezigen en voor het complex ten oosten van de Dorps straat bloemennamen.Tot slot wordt voorgesteld om de Dorps straat te wijzigen in Antwerpsestraat ,dat vooral uit psycho logisch oogpunt is te zien en het dorpskarakter zal wegnemen en beter zal wijzen op de ligging van deze gemeente ten op zichte van Antwerpen. Het raadslid Bensbach merkt ten opzichte van de wijziging van Dorpsstraat in Antwerpsestraat op,dat het een provinciale weg is. De Voorzitter antwoordtdat het geven van straatnamen tot de competentie van de raad behoort. Zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders en conform de overgelegde kaar ten tot het geven van de op voorgenoemde kaarten vermelde straatnamen besloten en met de wijziging van Prinses Marajke straat in Prinses Christinalaan en van Dorpsstraat in Antwerp sestraat akkoord gegaan. X Voorstel van burgemeester en wethouders tot voorlopige vast stelling van de gemeenterekening 1964,alsmede de bedrijfsreke- ningen over dat jaar; en XI. Voorstel van burgemeester en wethouders tot goedkeuring van de rekening van het burgerlijk armbestuur over 1964. De Voorzitter geeft op deze punten een nadere toelichting. Hij zegt,dat alle stukken en het rapport van de Commissie tot onderzoek van de gemeenterekening en de bedrijfsrekeningen 1964 ter inzage en lezing hebben gelegen. Hij maakt een bijzonder compliment aan het adres van de leden van de onderzoeks-commis- sie,de raadsleden H.Bensbach,P.C.v,Linden en JR,Sluijtsvoor de voortreffelijke wijze waarop het onderzoek van de rekenin gen is verricht. Hij merkt op,dat de commissie zich bijzonder op de grote zaken heeft gericht en deelt mede,dat de gewone dienst van de gemeenterekening 1964 een nadelig saldo van f. 16.249,99 heeft. Aan de hand van het rapport van de commissie van onderzoek stelt hij,dat deze tot de conclusie komt dat de stijging van de vaste schuld zijn oorzaak vindt in de belang rijke grondaankopen .De Commissie merkt tevens op,dat in het verleden een beleid van een "dode gemeente" is gevoerd en reeds in 1964 is overgestapt op een sterk progressief beleid waarin de werkelijke behoeften van de gemeente tot uitdrukking komen en waarvan de vruchten in de volgende jaren zullen worden afge- worden. Met betrekking tot het in het rapport gestelde omtrent de administratieve organisatievan welke passage hij voorle zing geeft, deelt de Voorzitter mede,dat het college van B W het standpunt van de Commissie volkomen deelt. Hij zegt,dat de achterstand in de financiële administratie,ondanks de kramp achtige pogingen die gedaan zijn om die in te haleh,steeds gro ter wordt.Hij zegt,dat de achterstand zich ook op een ander terrein voordoet en noemt de registratuur waarmee men ook

Raadsnotulen

Putte: 1928-1996 | 1967 | | pagina 26