Notulen van de openbare vergadering van de Raad der gemeente Putte, ge
houden op donderdag 23 juni 1966 des avonds om 8 uur ten gemeentehuize.
Aanwezig: Pr. Vereist, wethouder, alsmede de Raadsleden D. Baart, G.J.M.
Suijkerbuijk, A. Kil, C. Theunen en H. Bensbach.
Afwezig wegens ziekte met bericht van verhindering: H. de Bruijn, wet
houder.
Voorzitter: J.A.M. Boudrie, burgemeester-secretaris.
Notulist: L. Hendriks, commies ter secretarie.
I. Opening.
Voorzitter opent de vergadering met gebed en heet alle aanwezigen
hartelijk welkom. Hij deelt mede, dat bericht van verhindering wegens
ziekte is ontvangen van wethouder H. de Bruijn, die hij een spoedige
beterschap toewenst. Hij merkt op, dat het een vrij lange agenda is en
stelt vervolgens aan de orde:
II. Vaststelling notulen vergaderingen van 22 april en 26 mei 1966.
De Voorzitter zegt, dat de notulen bij de stukken ter inzage hebben ge
legen en vraagt of er iemand van de Raadsleden op- of aanmerkingen op
de notulen heeft en daarvoor het woord verlangt.
Niemand van de Raadsleden verlangt het woord.
Zonder hoofdelijke stemming worden de notulen ongewijzigd vastgesteld.
III. Ingekomen stukken:
De Voorzitter geeft voorlezing van de navolgende nader op de agenda
gespecificeerde ingekomen stukken:
a. Proces-verbaal van de zitting van het centraal stembureau tot vast
stelling van de uitslag der verkiezingen van de leden van de gemeen
teraad;
b. Brief van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant G.nr. 63.978, houdende
instemming met de wijziging van de Uitkeringsverordening;
c. Idem G.nr. 63.926, houdende goedkeuring van de Verordening tot wijzi
ging van de verordening tot toekenning van een uitkering en een pen
sioen aan gewezen wethouders der gemeente, zomede een pensioen aan
hun weduwen en wezen;
d. Idem G.nr. 63.620, houdende machtiging tot het doen van een kapitaals
uitgaaf ad 5.000,t.b.v. het opstellen van een structuurrapport
door het E.TI
e. Idem G.nr. 60.045, betreffende de verdaging van het besluit omtrent
de aankoop van de bossen van de Erven Moretus. De Voorzitter merkt op,
dat Gedeputeerde Staten de beslissing 2 maanden hebben verdaagd i.v.m.
het ontbreken van financieringsmiddelen;
f. Idem G.nr. 64.671, houdende goedkeuring van het Raadsbesluit tot ver
koop van een perceel grond aan de N.V. P.N.E.M.;
g. Brief van het Ministerie van Binnenlandse Zaken, houdende Koninklijke
goedkeuring van de Verordening tot 1e wijziging van de verordening
op de heffing en invordering van een rioolbelasting;
h. Brief van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant, G.nr. 67.231, inzake
bezoldiging ambtenaren van de burgerlijke stand, ingaande 1 januari
1966, en
i. Idem G.ms. 62.584/85, inzake bezoldiging gemeente-ontvangers.
Voorgesteld wordt ten aanzien van de ingekomen stukken h. en i. Gedepu
teerde Staten te berichten, dat geen bedenkingen bestaan en alle andere
ingekomen stukken voor kennisgeving aan te nemen.
Overeenkomstig het voorstel wordt besloten.
