-5- Hij merkt op, dat Den Haag steeds maar verfijningen in bedoelde uit keringen toepast. Hij zegt, dat men een volkomen hygiënische dienst krijgt. Het Raadslid Baart zegt niet tegen belastingverhoging te zijn, maar verzoekt rekening te willen houden met de dure levensomstandigheden, die weer de minst draagkrachtigen treffen en voor wie de lasten veel te zwaar worden. Hij vraagt om de belastingverhoging zo laag mogelijk te houden en er rekening mee te houden, dat nog meer belastingverho gingen komen. De Voorzitter zegt, dat de belastingverhoging vanavond niet aan de orde is en die in een volgende vergadering aan bod zullen komen. Wethouder de Bruijn stelt, dat er een belangrijke verbetering in de dienst komt en het vuilnis dan niet een maar tweemaal per week wordt opgehaald en men daarvan ook de financiële consequenties moet dragen. Hij vraagt, wie de verantwoording op zich neemt als zich bij de hui dige onhygiënische vuilnisophaling een geval van tetanus voordoet. Het Raadslid Baart zegt, dat hij heeft verzocht om te trachten de be lastingverhoging zo laag mogelijk te houden. Wethouder de Bruijn stelt nogmaals, dat men met de belangrijke verbe tering van de reinigingsdienst de consequenties moet dragen. Het Raadslid Suijkerbuijk vraagt of het bedrag van 12,50 is geba seerd op de huidige regeling en of Burgemeester en Wethouders het wil len doen gelden voor iedereen. De Voorzitter antwoordt bevestigend. Het Raadslid Suijkerbuijk vraagt verder hoe hoog het percentage van de aansluiting bij de vuilnisophaaldienst ligt. De Voorzitter antwoordt, dat het aantal rond de 525 ligt en in de nieuwe opzet op 550 is gesteld. .Het Raadslid Suijkerbuijk informeert of er een verplichte aansluiting zoals bij de rioolaanlegbelasting komt. De Voorzitter antwoordt, dat het mogelijk via een bepaling in de Alge mene Politieverordening is te regelen. Juridisch ligt het hier namelijk anders als bij ,de rioolaanlegbelasting en is verplichte aansluiting bij' de reinigingsdienst niet mogelijk. Hij zegt, dat het nóg nader wordt bekeken en men eerst zekerheid moet hebben. Het Raadslid Suijkerbuijk stelt als het niet lukt, hij de verhoging van 2,naar 12,nogal veel vindt. Hij meent, als iedereen meedoet het belastingbedrag lager kan komen te liggen. De Voorzitter zegt, dat van 550 is uitgegaan en het zal worden bekeken. Hij stelt, dat Ossendrecht en Huijbergen op een bedrag van 15, komen te liggen en Putte met een nog lager bedrag nergens meer is. Hij zegt, dat het Putte zelf alleen nimmer betalen kan. Het Raadslid Kil vraagt of vuilnisemmerhuur nog afzonderlijk in reke ning wordt gebracht. Wethouder de Bruijn antwoordt, dat de emmers zonder afzonderlijke beta ling in bruikleen worden gegeven. De Voorzitter vraagt wie van de vergadering nog het woord over dit punt verlangt. Geen der Raadsleden verlangt nog het woord. Zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig het voorstel v.an Burge meester en Wethouders en conform het aangeboden concept tot het aangaan van een gemeenschappelijke regeling met de gemeenten Huijbergen en Os sendrecht tot het gemeenschappelijk ophalen van huisvuil, met algemene stemmen besloten. VI. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot vaststelling van een verordening, bepalende de uren, waarop het bureau van de ambtenaar van de burgerlijke stand voor het publiek geopend zal zijn.

Raadsnotulen

Putte: 1928-1996 | 1965 | | pagina 52