iL op korte termijn kan geschieden. Bovendien zitten er kuilen in de grasmat doordat hier per ongeluk een auto over heeft gereden. Als de K.N.V.B.het terrein afkeurt komen we voor nog hogere kosten te staan. Wethouder Huijbrechts antwoordt hierop dat maandag over 8 dagen de G.S.W. arbeiders in Ossendrecht klaar zullen zijn. De mogelijkheid bestaat echter dat het nog enkele dagen later zal worden. De bedoeling is echter om maandag over 8 dagen aan het terrein te gaan werken. ■^e Voorzitter stelt voor om de Grenswachters te verzoeken om iets langer dan 14 dagen te wachten voor zij met de training beginnen. Het raadslid Suijkerbuijk zegt dat bij de training deze stukken kunnen worden vermeden. De wethouder Huijbrechts zegt dat goede plaggen zullen worden gelegd en eventueel het terrein nog zal worden be sproeid. De Voorzitter attendeert het raadslid Suijkerbuijk er op dat er 5 minuten om zijn. Het raadslid Suijkerbuijk zegt nog een vraag te willen stellen. Dit in verband met de toeristen. Er ligt geregeld papieren afval op de weg. Hij vraagt of dit niet door de G.S.W. arbeiders kan worden opgeruimd. De Voorzitter antwoordt dat dit primair een provinciale weg is en secundair dit niet in G.S.W. verband kan worden gedaan. Hij vermoedt dat deze afval afkomstig is van een zaak in de omgeving van de 1.0.School en stelt voor een briefje te sturen aan de exploitant met het verzoek om papierbakken te plaatsen. De gemeente-arbeiders hebben helemaal geen tijd om straten te vegen. Het raadslid Suijkerbuijk stelt dat het papier nog uit deze bakken kan waaien. De Voorzitter zegt dat het vuil op de straat hierdoor in ieder geval wel beperkt wordt. Het raadslid Baart zegt dat hij nog 2 minuten over had voor zijn rondvraag. Hij wijst op de brandgang achter de woningen van de St. DionysiusstraatHij vraagt of deze niet verhard kan wor den met koolas of iets dergelijks. Hij stelt dat dit in een andere gemeente ook kan. De Voorzitter zegt een hele nette gemeente in de buurt te kennen waar zij ook niet verhard zijn. Het raadslid Baart zegt dat dit in leiden wel het geval is. De Voorzitter zegt dit niet te weten.Hij stelt dat bij verharding van de brandgangen de grondprijs omhoog zal moeten, en deze laatste in ieder geval zo laag mogelijk moet worden gehouden i.v.m. de stichtingskosten voor het bouwen van premiewoningen. Hier komt nog bij dat deze grond allemaal al is verkocht. Misschien kan het wat helpen als het onkruid wordt be sproeid. De Wethouder Huijbrechts STelt dat men bij het besproeien dezelfde toestand kan krijgen als op het kerkhof. Hij is van mening dat het bij wind zal gaan stuiven. De Voorzitter stelt dat de bewoners van deze percelen deze brandgang zelf wel kunnen onderhouden. Normaliter wordt de verplichting tot onderhoud van de brandgangen bij de verkoop van de gronden bedongen. Ook de huurders kun nen hiertoe worden verplicht. Het raadslid Baart stelt dat het hier toch gemeentegrond geldt? De Voorzitter antwoordt dat deze grond aan de gemeente is gebleven voor brandgang. Hij zegt verder dat de brandweer er nog gemakkelijk met hun materieel in kan komen. -12-

Raadsnotulen

Putte: 1928-1996 | 1963 | | pagina 64