jeugd erg verdienstelijk. De Voorzitter wijst de raads
leden op het jaarlijks door dit comité te organiseren
St.Nicolaasfeest
B en W stellen voor aan hetvfeestcomité f.300,uit
het jeugdpotje te verstrekken.
8» i
Bi Voorzitter deelt mede dat deze buurtvereniging veel
activiteiten aan de dag legt voor oplossing van het
jeugdprobleem. Hij deelt mede dat deze vereniging niet
alléén voor de buurt toegankelijk is maar dat deze ver
eniging voor iedere Puttenaar is opengesteld.
Voorgesteld wordt aan deze vereniging een subsidie uit
de jeugdpot toe te kennen ad. f.200,
9. Amigo_:
Dë Voorzitter deelt mede, dat deze jeugdvereniging mo
menteel 15 jeugdleden heeft. Vorig jaar heeft deze
vereniging geen uitkering uit het jeugdpotje gekregen,
omdat hiertoe geen aanvrage was ingekomen.
Voor dit jaar wordt voorgesteld deze vereniging voor
f.100,te laten mededelen uit het jeugdpotje.
De Voorzitter vraagt of iemand van de raadsleden, met
Betrekking tot de verdeling van dit jeugdpotje alsmede tot
de toekenning van het extra subsidie aan de Grenswachters
iets te vragen heeft.
Het raadslid Baart is het helemaal niet eens met toe
kenning van het extra subsidie aan de Grenswachters. Hij
kan niet begrijpen hoe deze vereniging aan de bedragen
komt welke in de overgelegde stukken staan vermeld.
Hij heeft inlichtingen ingewonnen omtrent, buskosten, ter-
reinhuur, contributie KNVBverzekering, vergaderingen enz.
Er wordt hier gegoocheld met cijfers, de stukken zijn on
controleerbaar zonder quitanties, de overgelegde rekening
en verantwoording zijn te betwijfelen.
De Voorzitter antwoordt het raadslid Baart dat de gebeente
geen inzage heeft vQsn. de rekeningen en quitanties van de
Grenswachters Vervolgens gaat de voorzitter de aangehaal
de punten door de heer Baart een voor een na en geeft daar
bij zoveel mogelijk een nadere toelichting. Daarbij merkt
de voorzitter op dat hij geen behoefte heeft om de admini
stratie van de Grenswachters op gelijke wijze te constate
ren als b.v. de Gemeenterekening. Men kan echter in ver
trouwen verschillen. Daarbij komt als men voor één ver
eniging dergelijke eisen gaat stellen, men dat voor alle
verenigingen moet doen, welke door de gemeente worden ge
subsidieerd. Deze maatregelen zouden echter voor sommige
verenigingen grote moeilijkheden opleveren, met name voor
die verenigingen welke^. een heel summiere administratie
voeren.
Het is hier echter een kwestie van vertrouwen.
Het raadslid Baart stelt dat de spelers zelf geen ver
trouwen in het bestuur hebben. Hij stelt dat hij dan toch
ook geen vertrouwen kan hebben. Hi^rraagt wat het bezwaar
is voor effectieve controle.
De Voorzitter stelt dat men zulk een contrdle niet
voor alle verenigingen kan voorschrijven. Dit is echter
zijn persoonlijk gevoel. De raadsleden kunnen echter een
andere mening zijn toegdaan. Hij stelt dat de leden eerst
zelf maar in staat moeten zijn om contrSle uit te oefenen
op het financiële beleid van het bestuur, maar er niet de
gemeente voor moeten spannen.
Het raadslid de Bruijn zegt dat hij genoeg vertrouwen
