De Voorzitter zegt toe de waterleidingmij nogmaals te zullen
schrijven.
Het raadslid Suijkerbuijk vraagt verder hoe het staat met de
BBA-wachthui s j e s
De Voorzitter antwoordt, dat bericht is ingekomen en de B.B.A.
in beginsel bereid is om een bijdrage te verlenen. Hij deelt
mede,dat aan de heer Bekkers opdracht is verstrekt om aan B W
types en prijzen voor te leggen.
Het raadslid Suijkerbuijk vraagt aandacht voor het subsidie
verzoek van "Grenswachters" en zou gaarne zien, dat indien moge
lijk, de aanvrage in de volgende raadsvergadering aan de orde
komt
De Voorzitter deelt mede, dat de stukken ingekomen zijn en aan
de gestelde voorwaarden is voldaan.
Het raadslid Suijkerbuijk merkt op, dat het gevraagde subsidie
aanmerkelijk hoger is dan het toegekende.
Het raadslid de Bruijn merkt op, dat is afgesproken, dat het na
ontvangst van de stukken nog eens zou worden bekeken.
De Voorzitter stelt, dat als hij zich niet vergist, de noodzaak
daarvan uit de stukken niet is gebleken, en het all'en gold als
er behoefte aan verhoging van het subsidie was. Hij zegt toe het
te zullen doen nakijken.
Het raadslid Suijkerbuijk vraagt tenslotte nog de aandacht voor
het voetbalterrein, waarvan de grasmat door een vrachtwagen is
beschadigd en veel putten in zijn. Hij vraagt of het niet moge
lijk is, dat een en ander zo vlug mogelijk wordt hersteld.
Wethouder Huijbrechts beaamt de mededeling van de heer Suijker
buijk en zegt, dat er aandacht aan zal worden geschonken.
Het raadslid Baart vraagt hoe het met het tekenen van stukken
zit. Hij zegt," dat het is voorgekomen, dat de burgemeester noch
de loco-burgemeester aanwezig was en mensen zondermeer zijn weg
gestuurd. Hij vraagt wie er nu eigenlijk loco-burgemeester is.
De Voorzitter zegt, met zijn antwoord heel kort te kunnen zijn.
Hij stelt, dat de persoon in kwestie wel bijzonder veel haast
moet hebben gehad, en dat hij praktisch iedere dag in Putte komt.
Hij zegt, dat het hem nog nimmer is voorgekomen. Tevens wijst
hij er op, dat de ambtenaren Emonts en Hendriks in dringende ge
vallen stukken kunnen tekenen en er verder een delegatiebesluit
is voor het tekenen van de meest voorkomende stukken door twee
andere ambtenaren. Hij kan zich het beweerde niet voorstellen.
Het raadslid Baart zegt, dat het is voorgevallen.
De Voorzitter stelt, dat het dan wel personen betreft die in be
ginsel zelf al te laat komen.
Het raadslid Baart merkt verder op, dat door de ambtenaar mili
taire zaken geen inlichtingen omtrent kostwinnersvergoeding aan
een adspirant-militair konden worden verstrekt waaruit hij con
cludeert, dat de ambtenaar er niets van afwist.
De Voorzitter antwoordt, dat tijdens zijn afwezigheid wet
houder van de Ven als loco-burgemeester optreedt en de ambtenaar
behoorlijk van militaire zaken afweet.
Het raadslid Baart zegt, dat de heer van de Ven ontheffing heeft
gevraagd voor de waarneming van het burgemeestersambt en vraagt
zich af hoe het optreden als loco-burgemeester dan kan.
De Voorzitter antwoordt, dat de ontheffing voor langdurige
waarneming geldt en als men op stel en sprong niet bij wethouder
van de Ven dan bij wethouder Huijbrechts terecht kan.
Op voorstel van de Voorzitter wordt vervolgens overgegaan in
besloten vergadering.
Na de besloten vergadering stelt de Voorzitter nog aan de orde:
Voorstel van burgemeester en wethouders tot het verstrekken van
een hypothecaire woningbouwlening aan G.G.J.van Linden.
•^e Voorzitter deelt mede, dat door G.G.J.van Linden, overeen
komstig de bij raadsbesluit van 29 maart 1962 vastgestelde
"Financieringsregeling huisvesting ambtenaren der gemeente Putte
NB" om een hypothecaire lening, groot f.21.000,voor de bouw
van een woning is verzocht. ip -