- 6 - De Voorzitter antwoordt, dat een en ander afhangt van het inzicht van de kantonrechter. Met op of nabij het bedrijf staande dienstwoningen geeft het z.i. geen problemen. Met dienstwoningen die ver van het bedrijf af staan, ligt het niet zo scherp. Hij meent, dat het laatste hier het geval zal zijn, maar durft er verder weinig over te zeggen. Het raadslid van Beeck stelt, dat als de bewoners de woningen moeten ontruimen ze bij de gemeente om huisvesting zullen aankloppen. De Voorzitter meent, dat een en ander kan worden ondergangen door voor de woningen indien zij als dienstwoningen moeten worden aangemerkt de woonruimtevergunning niet aan de bewoners maar aan de Pa. Glatt te verlenen. Het raadslid Huijbrechts merkt op, dat de Pa. Glatt kontraktueel deze zaak kan vastleggen. De Voorzitter antwoordt, dat zulks niet helpt daar het in strijd is met de Huurwet, dat een dwingend recht is. Geen der raadsleden verlangt verder het woord. Zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders tot verkoop van de grond aan de Pa.J.Glatt besloten. X. Vaststelling voorschot (exploitatie-vergoeding) art.103 L.O.wet 1920 voor de St.Aloysiusschool V en vaststelling vergoeding vakonderwijs voor 1962. Zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders en volgens het aan geboden conceptbesluit het voorschot op de exploitatie vergoeding 1962 voor de St.Aloysiusschool alhier, vastge steld op een bedrag van f. 7380, Eveneens wordt akkoord gegaan met de vaststelling van het voorschot voor het vakonderwijs ingevolge art.101 bis van de L.O.Wet 1920 op f.1300,waarvan geen concept-besluit wordt aangetroffen maar nog zal worden nagerekend en opge maakt XI«Behandeling en vaststelling gemeentebegroting en bedrijfe- begrotingen 1962. De Voorzitter stelt eerst aan de orde de behandeling van de gemeentebegroting 1962. In zijn inleiding deelt hij mede, dat het college van B W. zich diep heeft beraden over het onaangenaam be grotingstekort van f.6000,Door het verlagen van enkele uitgavenposten is het echter gelukt om middels een nog nader te behandelen en vast te stellen 1e begrotingswijziging 1962, het tekort geheel weg te werken. Hij stelt, dat het met name daarom is gedaan, omdat het met een tekort op de primi tieve begroting moeilijk is om nog iets aan voorzieningen in de gemeente te doen. Door de nu sluitende begroting is de mogelijkheid zelfs geschapen om nog een zeer belangrijk kapitaalswerk te realiseren. Hij zegt, dat de gedachten van B&W uitgaan om nog iets meer aan het rioleringsplan van de gemeente te doen en het nu mogelijk is om de Dorpsstraat verder van riolering te voorzien. Door het uitkammen van de begroting en het opsouperen van de post onvoorzien alsmede met de op te brengen rioolbe lasting is dat te verwezenlijken. Hij zegt verder, dat met de verdere aanleg van riolering in de Dorpsstraat tevens aan de wens van de Inspecteur van het L.O. en van de school arts kan worden voldaan om de toiletten in de Aloysiusschool van waterspoeling te voorzien, wat alleen uitvoerbaar is met riolering in de Dorpsstraat.

Raadsnotulen

Putte: 1928-1996 | 1962 | | pagina 23