Hij vraagt of iemand van de vergadering over dit punt het woord verlangt. Geen der raadsleden verlangt het woord. Zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig het voorstel van "burgemeester en wethouders tot verkoop van het perceeltje grond voor de prijs van f.4,per m2. "besloten. De Voorzitter vraagt wethouder van de Ven weer in de ver gadering te verzoeken. Daarna stelt hij aan de orde: Aankoop gronden Hogenbergdreef. De Voorzitter deelt mede, dat door de heren Hendriks en Bekkers de eigenaren van de Hogenbergdreefdie met een perceelsgedeelte in de weg liggen, zijn bezocht voor overdracht van dat gedeelte tegen de prijs van f. 1,aan de gemeente, een en ander in verband met de aanleg van riolering en het aanbrengen van een nieuwe bestrating in de Hogenbergdreef. Hij zegt, dat het overgrote deel van de eigenaren een volmacht voor overdracht van de grond heeft getekend. Mij stelt voor om wat klaar is maar af te werken en tot de aankoop van de gronden te besluiten. Zonder hoofdelijke stemming wordt met algemene stemmen tot de aankoop van de gronden in de Hogenbergdreef besloten. Voorstel van burgemeester en wethouders tot verkoop van grond aan P.J. en G.C.J.van Linden. De Voorzitter doet voorlezing van een schrijven van Gedepu teerde Staten van Hoord-Brabant van 28 februari 1962 G.nr.14093 waarin wordt gewezen, dat het gebruikelijk is, dat de kosten van de parallelweg voor een gedeelte ten laste van de gemeente komen, nl.het verschil in de kosten tussen de aanleg van een rijwielpad en een parallelweg, en die kosten ongeveer f.25, per strekkende meter bedragen. Naar de mening van G.S. verdient het aanbeveling, dat bij het bepalen van de verkoopprijs van de gronden reeds thans rekening met de aanleg van bedoelde weg wordt gehouden. Verder wijzen G.S. er op, dat in de ontwerp- akte staat vermeld, dat de verkoper gedurende 10 jaren de be voegdheid heeft om een deel van de grond terug te kopen, waar na zij verwijzen naar het bepaalde in artikel 1556 van het Burgerlijk ^etboek, volgens hetwelk het recht van weder-inkoop voor niet langer dan 5 jaren kan worden bedongen. G.S.vragen zich verder af, waarom tot verkoop van de grond- strook wordt overgegaan en vragen of het niet de voorkeur ver dient- om bedoelde strook voorlopig maar aan de kopers in ge-, bruik te geven. Indien te zijner tijd voldoende vaststaat, dat de gemeente zelf de grond niet nodig heeft, zou dan tot verkoop volgens G.S. kunnen worden overgegaan. G.S.vragen om zich hierover nader te beraden. De Voorzitter deelt mede, dat het college van burgemeester en wethouders zich over een en ander nader heeft beraden en van mening is, dat het gezien de situatie ter plaatse niet te verwachten is, dat er een parallelweg zal worden aangelegd en alleen volstaan zal kunnen worden met een rijwielpad. Ten aan zien van de wederinkoop meent het College dat alleen langs de provinciale weg een bouwstrook is geprojekteerd en langs een later aan te leggen weg, maar de in het uitbreidingsplan in Voorbereiding geprojekteerde villawijk geen bouwstroken zijn voorzien. Bebouwing van de achtertuin zal dus niet zijn toegestaan.

Raadsnotulen

Putte: 1928-1996 | 1962 | | pagina 21