Het lid de Lr al .in zegt, dat het hem bekend is, dat een verzoek om schadevergoeding van een ingezetene bij het gemeentebestuur werd ingediend. Hij vraagt hoe het standpunt van B. W. ten aanzien van het verzoek is. he voorzitter antwoordt, dat B. W. van mening is, dat de gemeente niet moet betalen. Het verzoek was een briefje van 3 regels omtrent toegebrachte schade door woonwagenbewoners, die op een aangrenzend gemeenteperceel naast becrokkene's kippenfarm aan de iostbaan hebben gestaan, zonder enige betaling aan de gdmeente. B. W. is bekend, dat meer schade aan derden is toegebracht en zijn bang voor het sohsppen van precedenten. Het lid de Brui .In meent dat het toch moeilijk ligt als er menden met sciiade zijnen als dat ook vaststaat. itet lid van Beeck informeert bij wie schade is toegebracht. liet liü de nrui.jii antwoordt, dat het bij C. Atiriaansen aan de Post- baan is. fe voorzitter deelt neg mede, dat de schade-nota is ontvangen nadat e woonwagens reeds vertrokken waren. Het verzoek is in de laatste vergadering van B. W. behandeld en op korte termijn zal betrokke ne van de afwijzende beslissing in kennis worden gesteld. filets meer aan de orde zijnde sluit de voorzitter de vergadering met gebed en wordt overgegaan in besloten zitting. Aldus vastgesteld in de openbare vergade ring van de raad der gemeente Putte op 2)e naad voornoemd. Be Wethouder, bs Voorzitter,

Raadsnotulen

Putte: 1928-1996 | 1961 | | pagina 48