met ingang van 1 januari 1963 waarop de nieuwe huisvuilvaten wor den ingevoerd, van 2,- te bepalen op 3,- per jaar voor geen of 1 emmer en bij 2 emmers op 4,- per jaar en voor elke emmer meer het tarief te verhogen met 1,- per jaar, en na 1 januari 1962 geen andere huisvuilvaten meer te ledigen dan de beschikbaar ge stelden. Het raadslid de Bruijn vraagt nadere inlichtingen over de nader te stellen voorwaarden waaronder de nieuwe emmers worden verstrekt. De voorzitter deelt mede, dat hier aan een te storten waarborgsom kan worden gedacht voor beschadiging en het niet terug brengen of het meenemen bij verhuizing. Het raadslid Huijbrechts vraagt zich af hóe de emmers er gaan uit zien bij gebruik van de huidige hoge gemeente vrachtwagen, terwijl de schuld van de beschadiging een open vraag blijft die ook niet altijd bij de gemeente-arbeiders ligt. De voorzitter antwoordt, dat ook geadviseerd is om de boorden van de vrachtwagen te bekleden met stukken autoband. Het raadslid Huijbrechts zegt dat het steeds met alles maar ver plichtend stellen en maar verhogen is en er nog meer te wachten staat en meent, dat vele ingezetenen daarvoor zullen bedanken. Hij vindt het nieuwe tarief voor bejaarden te bezwaarlijk en wil deze daarmee niet belasten. De voorzitter merkt op, dat er ook een mogelijkheid is om de huis vuilvaten te verkopen, wat zijns inziens ook verzet kan geven, waar bij hij nog wijst op het hygiënisch belang dat wordt gediend. Hij vindt het nieuwe tarief nog zó laag, dat een splitsing in tarief hem ongewenst voorkomt. Wethouder van dé Ven merkt op, dat nog verschillende niet aangeslo tenen bij de reinigingsdienst hun vuilnisemmer bij hun wel aange sloten buurman deponeren en zich alzo onttrekken aan hun verplich ting. Zij dienen ook bij te dragen. De voorzitter deelt mede, dat hij wel tarieven van reinigingsrechten uit andere gemeenten heeft horen noemen maar daarbij niet heeft stilgestaan. Hij noeibt nog tarieven van ƒ8,- en in Zeeland van zelfs 28,- per jaar terwijl het tarief in zijn vorige gemeente 3,50 per jaar bedroeg. Het raadslid de Bruijn vindt dat aan het gebruikmn van de huisvuil vaten geen verplichting is te verbinden en ook de voorwaarden niet te zwaar zijn te stellen. Hij wil op de te stellen voorwaarden te rug komen en vraagt om soepelheid te betrachten. De voorzitter zegt, dat deze voorwaarden en mogelijk ook een voorstel tot het verplicht gebruikan van. door de gemeente ingevoerde vaten t.z.t. aan de raad kunnen worden voorgelegd, dat de verplichting tot meegeven van huis vuil iets is wat eventueel t.z.t. middels wijziging van de politie verordening toch over de raad moet lojben. Particulieren zullen z.i. de vaten van de gemeente graag gaan gebruiken, omdat ze er middels de belasting toch voor (één) moeten gaan betalen. Wethouder de Clerck begrijpt niet waarover men zich druk maakt over de tariefsverhoging van 1,- per jaar, terwijl wethouder van de Ven zegt, dat voor moeilijke financiële gevallen een oplossing kan wor den gezocht. De voorzitter stelt, dat er hier geen draagkracht aan te pas komt en het voorstel zo nodig in stemming zal brengen. Het raadslid Huijbrechts zegt zich met de tariefsverhoging niet te kunnen verenigen. De voorzitter brengt het voorstel van B. en W. daarna in stemming. Bij hoofdelijke stemming wordt het voorstel aangenomen. Het raads lid Huijbrechts stemde tegen. X. Vaste autovergoeding burgemeester ad 1.500,- per jaar. De voorzitter geeft een uitvoerige toelichting en vraagt de vergader ring wie nog verdere toelichting wenst. Het raadslid Bensbach informeert op welke basis de vergoeding van 14 cent per km. wordt berekend.

Raadsnotulen

Putte: 1928-1996 | 1961 | | pagina 28