door de gemeente van 140,-. B. en W. ramen echter de waterop brengst liever op 50,- per jaar en zouden voorzichtigheidshalve willen uitgaan van een gedurende 10 jaar jaarlijks te betalen bedrag van 190,- inplaats van 140,- Hij merkt nog op, dat de .gemeente zelf de waterleidingsleuf moet gravBn die niet in de aanlegkosten is begrepen. Be doortrekking van de electriciteitskabel naar het woonwagenkamp valt volgens de voorzitter te duur uit. Boor de P.H.E.M. wordt 15»- Per kabel berekend wat bij de noodzakelijke lengte van 850 m met inclusief kastje is te stellen op 15.000,- Verder is er nog een voorziening te treffen met een gebouwtje dat is te ge bruiken voor washok en het onderbrengen van toiletten, waarvan de kosten op ft.800,- worden geraamd, en gedacht is om deze in 5 jaar af te schrijven. Het raadslid Huijgen vraagt of er een tijd bepaald is hoelang de woonwagens in de gemeente mogen blijven staan. Be voorzitter antwoordt ontkennend, het kan niet, men moat woon wagens een standplaats geven. Hij verzoekt de heer Bekkers van Bouwtoezicht de schetstekening van het gebouwtje nader te willen toelichten. Be heer Bekkers geeft vervolgens een toelichting over de indeling en de constructie van het gebouwtje. Be raadsleden Huijgen en Huijbrechts vragen nadere inlichtingen ondermeer over de dakbedekking, die hun niet ideaal lijkt. Be heer Bhkkers antwoordt, dat de mastieke dakbedekking wel kan voldoen voor het instandhouden hangt veel af van de bewoners van het woonwagenkamp, wat ook gezegd kan worden ten aanzien van het glas aan het gebouwtje. Verder wijst hij er op, dat het zo goed koop mogelijk moest. Het raadslid de Bruijn vraagt wat het verschil in prijs is bij een betonnen dak. Be heer Bekkers noemt een meerbedrag van 700,-. Het raadslid Hui.ibrechts ziet toch liever een betonnen dak, mede met het oog op vernielingen. Het raadslid Bensbach zegt dat de gemeente zich moeite en kosten getroost en vraagt wat de mensen van hun kant doen, en of er geen verhaal mogelijk is. Be voorzitter antwoordt, dat er weinig tegen te doen is, dè woon wagenbewoners komen en gaan en hebben nooit geld. Zaak is, dat zodanige voorzieningen worden getroffen, dat er zo min mogelijk kan worden gesloopt, c.q. meegenomen kan worden. Hij merkt nog op, dat het gebouwtje in 5 jaar wordt afgeschreven en de gemeente Bergen op Zoom voorzieningen gaat treffen voor het oprichten van een regionaal woonwagenkamp. Het raadslid Bensbach stelt dat het woonwagenkamp dus niet van blijvende aard is. Be voorzitter antwoordt, dat de voorzieningen nog eens kunnen wor den bekeken met de heer Bekkers. Het raadslid Huijgen zegt, dat er later pic-nickers in kunnen. Be voorzitter antwoordt, dat het woonwagenkamp ligt in het uitbrei dingsplan in hoofdzaak geplande recreatie-terrein. Het raadslid Huijgen zegt zijn instemming te geven aan het voorstel van het lid Huijbrechts om een betonnen dak op het gebouwtje aan te brengen. Be voorzitter stelt voor om te besluiten tot aanleg van de water leiding op genoemde condities, een stenen gebouwtje op te richten, met betonnen dak, en dit laatste direct, in verband met de urgentie binnen de begrote cijfers, te doen uitvoeren in afwachting van de met dit besluit ook vast te stellen en door Gedeputeerde Staten goed te keuren begrotingswijziging 1961, aan Gedeputeerde Staten mede te delen, dat met de uitvoering van de werkzaamheden is begon nen en de kosten voor het gebouwtje aan de veilige kant n.l. op totaal 4.200,- te ramen. Tevens is nog te regelen de wijze van aanbesteding van het gebouw tje wat onderhands aan een plaatselijke aannemer kan.

Raadsnotulen

Putte: 1928-1996 | 1961 | | pagina 24