lijk gemaakt. Met grote eerbied en diepe ontroering gedenk ik bij deze die duizenden goede vaderlanders die hun kostbaar en niet zelden hun jong leven gaven voor onze vrijheid. Ik verzoek U dan ook een ogenblik ingeto^gen stilte en een kort stil rust van onze verzetslieden,van onze jon gen! lagveld,en van de millioenen,die om geloof of ras de dood vonden in de concentratiekampen. Onze deelneming gaat uit naar de kinderen,die totaal onschuldig en vaak argeloos de dood vonden in de gaskamers; naar de jongeren, voor wien het leven nog veel beloften inhield en die nog zo veel van het leven mochten verwachten en nu moesten aantreden voor de vuurpeletonsnaar de ouderen,die reeds gelouterd waren door de hardheid van het leven en die in sombere krochten en cellen geheel uitgeput de dood naar de grijsaardsdie na een vrucht baar leven van het leven nog slechts verwachten een rustige levens avond, doch die met het einde van de oorlog in zicht,bij tientallen omkwamen in de hongerwinter 44-45 Onze deelneming gaat ook uit,naar de vele nabestaanden van onze verzetslieden,die nu hun man of vader moeten missen,en waarvoor de Stichting 1940-1945 de zorg op zich heeft genomen. Ik doe een ernstig beroep op U allen,zonder uitzondering,de collecte,die dit jaar voor de laatste maal ten bate van deze stich ting wordt gehouden en die in deze gemeente door bijzondere omstan digheden eerst in de maand Juni kan plaats hebben,royaal te beden ken. Doch hoe wreed het optreden van de bezetter ook mag geweest zijn,hoe meedogenloos de vergelding,hoe afschrikwekkend de bedrei ging,men heeft het Nederlandse volk niet klein gekregen.Integen- Naarmate de vergeldingsmaatregelen in niets ontziende felheid en raffinement toenamen,groeide het Nederlandse volk naar een een heid, die het in zijn bewo^gen geschiedenis nimmer heeft gekend. 3 Prof.Titus Bransma,Godeling,Verschuur,van lierop, ten en moeten in onze herinnering blijven voortleven. Prof.Titus ,de stoere Prieswaarover ik nog pas in dagen van teruggetrokken bezinning het prachtige boek mocht lezen,staat daar voor ons als een monument van beginselvastheid,onverschrokken moed en durf,wiens ziekelijk lichaam onbarmhartig werd gefolterddoch wiens geest gaaf en ongeschokt bleef tot het bittere einde. deel! vele andere duizenden,ze mogen nimmer worden verge Prachtige mens,

Raadsnotulen

Putte: 1928-1996 | 1955 | | pagina 10