Den ingezetene^ zal het besef moeten worden bijgebracht,dat willen wij in de toekomst in deze gemeente iets tot stand brengen dit niet zal gaan zonder geldelijke offers. Daarnaast heeft onze gemeente sedert jaren een niet gering begrotingste kort, dat wij ook in 1948 ondanks de voorgenomen regeringsmaat* regelen ,niet vermochten weg te werken. Een zuinig beheer zal ook in de toekomst meer dan ooit geboden zijn, wijl de begro tingstekorten zoveel mogelijk uit eigen middelen zullen moeten worden gedekt. Ook in deze zal echter met wijs beleid moeten worden gehandeld,waarbij met de belangen in de toekomst zal zijn rekening te houdenen we ons niet schuldig*maken aan zui nigheid die de wijsheid bedriegt. Als Mie dan een terugblik werpen op 1947 dat moet wor den geconstateerd ,dat nog slechts weinig is bereikt en dat ons in 1948 nog een zware taak wacht. Naast het woningbouwprobleem inclusief de wederopbouw aan de grens en de verbetering van onze wegen noem ik het uit breidingsplan, dat in 1947 niet tot vaststelling kon komen.De moeilijkheden en tegenstellingen zijn hier zo groot, dat de vraag gewettigd is, of in 1948 de gewenste oplossing zal geven Ik hoop echter vurig,dat binnen afzienbare tijd de standpunten meer naar elkaar zullen toegroeien en uiteindelijk elkander zullen vinden. Verder is een punt van groot belang 11 de waterleiding" Het is genoegzaam bekend,dat onze inwoners over xt algemeen over zeer slecht drinkwater beschikken, \7elke gevaren hierin schuilen met het oog op de volksgezondheid behoeft nauwelijks enig betoog. Ook de ellende en het ongerief van het gemis aan Centraal drinkwater is de afgelopen zomer overduidelijk geble ken. De in 1947 aangeknoopte onderhandelingen zullen in 1948 krachtig worden voortgezet.Materiaalschaarste en moeilijkheden van financiële aard spelen hier een beljsnjjri jkp rol. Uit be sprekingen van de laatste dagen is mij eolatar gebleken,dat we nog wel enige jaren geduld zullen moeten beoefenen. De mogelijkheid van uit Belgie drinkwater te betrekken is uiter mate gering,omdat hieb naast financièle moeilijkhèdnn de de- viezenkwestie een zeer belangrijke rol speelt. Voorts zal de industralisatie van onze gemeente U niet ongemoeid laten. Met groot genoegen mag ik gewag maken van de industriële ontwikkeling die voor een kleine gemeente als Put te niet zonder betekenis is. Onze gemeente mag zich verheugen in een 5-tal bloeiende industrieën, waarin thans niet minder dan 308 personen werk vinden.Dit aantal bedroeg op 1 Jan.1947

Raadsnotulen

Putte: 1928-1996 | 1948 | | pagina 4