7^— IX. Op voorstel van Burgemeester en Wethouders dezer gemeente wordt,naar aanleiding van een ontvangen nota van aanmerkin gen van Gedeputeerde Staten van Boord-Brabant dd.21 Juli 1948 G.Br.1132 Afd.Ill ,de GEIffiEBTEREKEBIBG 1945 opnieuw VOORLOPIG VASTGESTELD zinder wijziging in de eindcijfers. De wethouders onthielden zich,zulks ingevolge het bepaalde bij art.257 der Gemeentewet ,van stemming. X. Burgemeester en Y/ethouders bieden voorts de Raad aan de door de gemeente-ontvanger opgemaakte REKEBIBG 1947, als mede de Rekening VAB HET BURGERLIJK ARMBESTUUR over 1947. De Raad stelt er niet langer prijs op,dat deze rekeningen door een speciale Commissie worden onderzocht. XI. De met ingang van 1 Octèber 1947 tot lid der Commisie van A dvies ingevolge de Woonruimtewet benoemde personen t.w. 1.J.C.S.Bastiaanse; 2. P. J.Th.Machiels B.120; 3.Mr.van Beeck A.138a; 4.M.H.Sluijts, A.76; 5.J.B.v.Linden D.24 worden allen met ingang van 1 October 1948 herbenoemd voor een jaar. XII. Op voorstel van Burgemeester en Y/ethoudersxwordt besloten zich accoord te verklaren met de wens van de Minister van Wederopbouw en Volkshuisvesting het aan de gemeente Putte toebehorende nerceel Kadastraal bekend gemeente Putte,Sec tie B. Br. 1754, groot 02 A en 73 ca. TOE TE WIJZEN aan H.tf. J.LEUS C.65 tegen een toewijzingsprijs van f.4866.=. XIII. Van de ROEDVRAAG wordt geen gebruik gemaakt, waarna de VOORZITTER de vergadering SLUIT met gebed en overgaat tot geheime zitting. Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de Raad der gemeente Putte op <0 De Y/ethouder, D^Voorzitter,

Raadsnotulen

Putte: 1928-1996 | 1948 | | pagina 13