Openbare vergadering van den Raad der gemeente
Putte op 6 Maart 1940 des n»m» 3 uur*
Aanwezig zijn de Hoeren: H,Hendriks,P.Hoendervangers;J.L.de Clerck;
C.BuSjs; C.Sluijts, Adr.Huijgen en L.van linden*
Voorzitter P.J.van de Ven, burgemeester tevens secretaris*
De Voorzitter opent de vergadering,nadat de gemeente-ontvanger,de
ambtenaar ter secretarie en den controleur der steunregeling zijn binnen»
gekomen,met den Christelijken Groet: "Gelooft zij Jezus Christus"welke
door de leden wordt beantwoord met! "In alle eeuwigheid«Amen"*
De veldwachter is wegens militairen dienstplicht afwezig»
De Voorzitter zegt,alvorens tot de afwerking der agenda over te gaan,
eerst nog een en ander te zeggen te hebben,en zich richtende tot het
raadslid Sluijts zegt hij,lat hij zeer tot zijn genoegen constateert,
dat hij wederom in de Raad is verschenen om met zijn medeleden de belan
gen der gemeente Putte te behartiger, en de gemeente Putte te besturen*
Hij spreekt de hoop uit,dat Sluijts herstel van gezondheid van blijvende
aard moge zijn,weischt hem met het herstel geluk en hoopt dut hij nog
vele jaren ter vergadering zal mogen verschijnen en merkt op,dat hij
overtuigt is dat hetgeen hij hier heeft gezegd de gevoelens aer overige
aanwezigen mede wergeeft*
Sluijts dankt,zichtbaar bewogen der. Voorzitter en zijne medeleden*
De Voorzitter zegt dan,dat hij zich nogmaals verplicht acht het
woord te nemen en wel thans tot den wethouder Hendriks,die vandaag
juist 124" jaar het wethoudersschap waarneemt op een wijze die hem
geen juiste omschrijving mogelijk maakt,gezien de ongelcunselde wijze,
waarip Hendriks is opgetreden en uitsluitend in het belang der gemeente
Putte,met terzijde stelling van eigen eer,roem en baatzucht*
Hierna spreekt hij alsvolgt:
Mijne loeren,
Het is om zeer bijzondere redenen,dat ik vandaag deze vergadering
heb belegd* Er zijn nu eenmaal dagen welke niet ongemerkt mogen voorbij
gaan*
Ik weet niet of anderen er tijdig aan gedacht hebben,doch als Burge
meester dezer gemeente en als Voorzitter van dezen Raad meen ik dezen da,
niet onopgemerkt te mogen voorbij laten gaan*
Vandaag toch hebben wij een koperen jubile te herdenken en wel van
het wethouderschap van ons aller vriend den heer Hendriks.
Wethouder Hendriks,het is vandaag dan 12^- jaar geleien,dat gij door
den Raad in 1927 op 6 September tot wethouder werd gekozen, De Raad niet
alleen had toen de hoop op U gesteld,doch met den Raad een zeer groot
deel,zoo niet nagenoeg de geheele gemeente,opdat er in Putte van het
Raadhuis uit een andere wind zou gaan waaien,en dat er in het Raadhuis
een grooter vertrouwen zou gesteid worden als tot dan toe* Gij wethouder
hebt daartoe Uw persoon en TJw werk opgeofferd en zijt tot nu toe onaf
gebroken trouw gebleven aan het door U eens gegeven woord,gij liet U
niet uit het lood slaan door zoet gefluister van heimelijke ophitsers
en ging voort op den ingeslagen weg,wars van eerzucht,en dat voldoen aan
Uw woord was m*i» o*m, oorzaak dat de inwoners dezer gemeente U onafge
broken hebben afgevaardigd en daardoor moogt gij thans Uw koperen feest
vieren* Aanderen vielen af*Gij zijt de eenig trouw geblevene en blijft
voortgaan met andere raadsleden Uwer richting om Putte te besturen*
Wij hebben dit feest niet op grootsche wijze kunnen vieren,gezien de
tijdsomstandigheden en den vasten tijd,en Uw wil doch een eenvoudige
hulde hier U door ons gebracht moge en zal U voldoende zijn*
Wethouder mijne beste gelukwenschen en een lang wctnoudersciiap.net zoi
mij maar al te ver voeren hier op te sommen wat gij deeed voor het wel
en wee van Putte,niemand beter dan ik woet wat gij deed en hoe gij in
stilte de belangen van menig Puttenaar - die er min of meer ellefltdig
