1
Openbare vergadering van den Raad der gemeente
Putte van Maandag 24 Januari 1938 n.m, 7 uur
Aanwezig zijn de Heeren H. Wijnings, H. Hendriks, P. Hoender-
vangers, J.L. de Clerck, C. Buijs, C. Sluijts en L. van Linden
Voorzitter» F, J. van de Ven, Burgemeester tevens Secretaris
De Voorzitter opent te 7 uur met den Christelijken Groet de
vergadering en stelt achtereenvolgens aan de orde
1, Vaststelling der notulen van de vorige vergadering
Deze worden na voorlezing met algemeone stemmen onveranderd
vastgesteld
2. Gunning verbouw oud Raadhuis
De Voorzitter zegt dat nog altijd niet den verbouw van het oude
Raadhuis is opgelost en dat door de handeling der Gebr. Timmermans de
Rand voor een groote moeilijkheid is geplaatst en dèet namens Burgemees
ter en Wethouders de volgende voorstellen j
a. een nieuwe inschrijving te houden nadat de Gebr, Timmermans
zijn ontheven van hunne inschrijving en dan voor het metselwerk en het
timmerwerk afzonderlijk
A b. het werk niet te gunnen en te wachten tot dat den bouw van
Wn bergplaats achter het Raadhuis wordt toegestaan
c. Het werk thans te gunnen aan P. van Aerden en J. van den
Bergh als de opvolgende inschrijvers en M. H. Sluijts het straten van
de goten langs den provincialen weg op te dragen waardoor hij ruim
schoots wordt tegemoet gekomen
De Heer Sluijts komt op tegen deze voorstellen daar in de verga
dering door den Voorzitter is gezegd, dat met de Gebr. Timmermans ook
M.H. Sluijts heeft ingeschreven en deze het werk behoort opgedragen te
worden en deze niet ten achter is te stellen tegenover de anderen en
dat M.H. Sluijts bereid is het werk uit te voeren.
De Voorzitter zegt dat M.H. Sluijts niet heeft geteekend en dat
hij zich niet kan herinneren dat hij sprak als Sluijts beweert, hoewel
hij niet zal ontkennen dat de naam Sluijts in het verband der aanbe
steding werd genoemd
Het lid Sluijts zegt de oplossing door vergoeding van straatwerk
op den weg niet juist te achten, daar eerlijkheidshalve zijn zoon be
hoort tot de inschrijvers, waarna de Voorzitter herhaalt, dat Sluijts
^^rzuimd heeft te teekenen.
Nog zegt de Heer Sluijts dat G. Timmermans hem nog geen uur gele
den beweerd heeft het werk te zullen uitvoeren.
De Voorzitter zegt, dat zij hem hebben gezegd van het werk te
willen afzien.
De Heer Sluijts, vraagt dan G, Timmermans in de vergadering te
roepen om zijn verklaring af te leggen
De Voorzitter zegt daar niets tegen te hebben daar hij het draai
en der Eimmermans* kent hetgeon hij verder aandikt en dat de Timmermans*
het werk niet willen maken, mits zij na afloop direct in de steun worden
opgenomen
Meerdere leden vinden het wel goed dat G. Timmermans ter verga
dering komt waarna deze wordt opgeroepen en dra verschijnt
G. Timmermans zegt dan dat zij het werk willen maken mits zij
direct in de stetim worden opgenomen als het werk klaar i3 en als dat
niet kan dan ziet hij van het werk af
De Heer Sluijts zegt dat die verklaring niet voldoende is en