OPENBARE vergadering van da Raad dar ge
meente Putta op Dinsdag 1935 das n,m. ta 7,30
Aanwezig zijn da Haaran: H.Wijnings, H,Hendriks, P,Ho*nder-
vangars, J.L.de Clerck, an C.Sluijts.
Er zijn twaa vacaturas.
Voorzlttar F,J,van da Van, Burgemeester tavans Secretaris,
Do Voorzlttar opant ta 7,30 uur da vergadering met dan
Christelijke groat an stalt achtaraanvolgans aan de orda,
1, Vaststailing notulen van da vorige vergadering.
Dazen worden na voorlazing onveranderd vastgesteld,
2, Vereenlging Ossandraoht
an Putte,
lie Burgamaestar doet mededeeling van het schrijven van Gede
puteerde Staten van 30 Januari 1935,0,No,318,la Afdaaling,waarin zij
mededeelen,dat zij na da openbare vergadering van 9 Januari j.l,
hebban beskoten,overwogen of vereenlging van Ossandraoht an Putte
thans wenschelijk is ta achten,dat zij tot overtuiging zijn gekomen
dat dia vereenlging inderdaad behoort ta worden bevorderd,dat aan en
ander in aan bijgaand ontwerp van wat is neergelegd,dat da Raad bin
nen twaa maanden opmerkingen betreffende dat ontwerp schriftelijk
ter kannis kunnen brengen,en dat dien termijn op 30 Maartvas,var-
strijkt.
Do Haar Wijnings zegt,dat in het ontwerp aana grove onjuist
heid is vermeld,dat da Raad en da commissie van ingazatanan bedoeld
in art 158 dar gemeentewet van Ossandraoht zich mat aJgemeenestem
men voor da totstandkoming dor bereeniging heeft uitgesproken,hat-
gaan niet waar is daar in Ossandraoht da raadsleden Varduit en Suij-
karbuijk "tegen" hebban gestamd en dat deze onwaarheid in aan derge
lijk officieel ontwerp niet mocht voorkomen en getuigd van groota
slordigheid of misschien vaal van opzat on moet daarover zijn groota
ontstemming uiten.
Hij geeft dan voorlazing van da volgende motia,welke hij dan
Voorzitter zerzoekt in behandeling an stamming ta brengen.
Da motie luidt alsvolgt:
Da Raad dar gemeente PUTTE
in zijne openbare vergadering van 28 Maart 1935 ter behandling van
het schrijven van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant d,d, 30
Januari 1935, G,No,316,heeft bij dezen de eer ter kennis van UW
College te brengen:
dat de Raad zich nogmaals met algemeene stemmen uitspreekt
tegen de vereenlging van Ossandraoht en Putte:
dat in de Memorie van Tpeliohting bij het ontwerp van wet
ter vereenlging van Ossandraoht en Putte vermeld staat,dat de ge
meenteraad van Ossendrecht en de Comissie van ingezetenen zich met
algemeene stemmen uitgesproken hebben voor de vereenlging van Ossen-
dracht en Putte
dat zulks in geenen deele het geval is,daar de eerste Wet
houder van Ossendrecht,de Heer P,Verduit en het Raadslid,de Heer
P.J.Suljkerbuijk,aldaar volgens de desbetreffende officieele stuk
ken tegen de vereenlging hebben gestemd,waardoor in totaal in beide
gemeenten 14 stemmen tegen de vereenlging zijn en slechts 12 stem
men voor de vereenlging zijn uitgebracht:
dat de Raad het gewenacht acht hiervan mededeeling te doen
aan Zijne Excellentie den Heer Minister van Binnenlandsche Zaken.
Met algemeene stemmen wordt deze motie aangenomen en wordt
nog besloten haar bij aangeteekend schrijven aan Gedeputeerde Staten
toe te zenden.nadat alle leden nogmaals met klem hadden betoogd,
dat heel de Raad,en heel Putte tegen de vereenlging is,van Ossendrech
en Putte.
