B. voor den kapitaaldienst
de inkomstenf.8600.-
de uitgavenf. 100.-
het voordeelig slotf8500.-, en dat elk lid,die zulks ver
zocht eene borderel van de rekening ontving.
Vervolgens wordt de rekening met algemeene stemmen vastge
steld met uitzohdering van die der beide wethouders,die buiten
stemming bleven.
9. Aanbieding van het verslag
der volkshuisvesting dienstjaar 1950._
De Voorzitter biedt het door burgemeester en wethouders den
15 Mei 1931 opgemaakte verslag der volkshuisvesting aan, zegt, dat
daarvoor geene byzondere mededeelingen zijn te doen en stelt voor
het verslag voor kennisgeving aan te nemen.
Met algemeene stemmen wordt daarna het verslag voor kennis
geving aangenomen.
10. Voorstel van Burgemeester en
wethouders tot wijziging der gemeente-
heferooting" dienst 135r.
De Voorzitter zegt, dat de begrooting over het dienstjaar
1931 eenige wijziging behoeft in varband met het doen van inkomsten
en uitgaven hoofdzakelijk in verband met de werkverschaffing aan
werkeloozen en herrinnert aan het besluit van don Raad van 4 Maart
1931, waarbij een bedrag op de begrooting werd gebracht,hetgeen
eenige wijziging behoeft en wel omdat juist de werkzaamheden aan
de waterloopen veel meer uitgaven eischten dan de wegen en dat bij
dit werk is gebleken, dat die waterloopen jaren lang en jaren her
totaal verwaarloosd waren en dat van waterloopen niet te spreken
viel, daar zij totaal met onkruid waren dicht gegroeid, een modder
laag bevatte van decimeters dikte, het houtgewas tot op den bodem
was gegroeid en daardoor de waterafvoer onmogelijk maakte enz,enz,.
Verder moet hy nog opmerken, dat het burgemeester en wethou
dersten zeerste bevreemde, dat niettegenstaande deze ergerlijke ver-
waarloozing in vroegere tyden juist vanwege die zijde nog bezwaren
worden ingediend en klachten verzonden en dat zij dan nog durven
beweren, dat zij voor de werkverschaffing hebben gezorgd, daardoor
thans goede en degelijke werken werden verrichtwaarvan het goede
wel eerlang zal blijken en dat burgemeester en wethouders tegen
dergelijk min optreden en leugens moeten protesteeren en dat zij
hun verwondering er over uitspreken, dat zij het van heeren Gedepu
teerde staten ontvangen antwoord niet hebben bekend gemaakt.
Daarna wordt met algemeene besloten de wijziging der begroo
ting voor het dienstjaar 1931 goed te keuren als is neergeleXgd in
het ontwerp-besluit
11.Onderzoek en behandeling der
ingekomen gelihoi'sbr^ieven van benoemde
raadsleden.
De Voorzitter zegt, dat vam 5 der benoemde raadsleden n.l.
de heeren H.Wijnings, H.Hendriks,p.Hoendervangers,A.T.Verschuuren
en J.L.de Clerck, bericht is ingekomen dat zij hunne benoeming
aannemen en dat zy hunne geloofsbrief met de vereischte stukken
tydig aan den Raad hebben ingezonden n.l. den 25 Juni 1931 en dat
deze geloofsbrieven krachtens artikel 1 van het reglement van orde
van de vergaderingen van den Raad moeten onderzocht worden door eene
commissie van drie leden, waErin hij benoemt de heeren P.Wouters
H.Wijings en P. Hoender-vangerswelke oommissie vervolgens overgaat