Ook "bij hun nader schrijven van 11 Mei 1927 G.Nr.246, schrijven Gede
puteerde staten, dat zij ondanks het verweer van Burgemeester en
Wethouders "bij hun meening blijven.
Burgemeester en Wethouders stellen voor de ingekomen stukken
voor kennisgeving aan te nemen.
Aldus wordt met algemeene stemmen besloten.
3.Vaststelling van de door
den gemeente-ontvanger te stellen
zekerheid.
De Voorzitter zegt, dat volgens art.110 der Gemeentewet vóór
de benoeming van den ontvanger de aard en het bedrag van zijn borg
tocht door den Raad wordt bepaald,
In verband met art.109, 2e alinea deelt de Voorzitter mede,
dat de ontvangsten der gemeente over de jaren 1923, 1924, 1925, 1926,
en 1927 na aftrek der batige sloten en het genotene uit geldleeningen
als anderszins respectievelijk hebben bedragen:
f.15958,21, f.15064.6l|, f.13390.07, f.14347.89 en f.12786.97 in to
taal f.71547.75-|-, zooddtt het gemiddelde over die jaren bedraagt:
1/5 x f.71547.75| f.14009.55.
In verband hiermede stellen Burgemeester en Wethouders voor
de borgtocht te bepalen op f.2000.- zijnde ruim 1/10 gedeelte van de
gemiddelde jaar-lijksche ontvangst.
Zij stellen dan voor, dat wanneer de borgtocht zal gesteld
worden met effeeten of bij wijze van hypotheek op ongebouwde eigen
dommen deze minstens 50$ overwaarde moeten hebben ten genoege van
Burgemeester en Wethouders en dat, wanneer de waarde dezer effecten
of ongebouwde eigendommen mocht dalen ten spoedigste aanvulling plaat,
heeft. ÏJog stellen zij voor, dat de borgtocht eventueel zal gesteld
kunnen worden door de vereeniging van bot zekerheidssteilip.g verplicht
gemeenteambtenaren te 's Gravenhage. O/.
Overeenkomstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders
wordt besloten.
4.Vaststelling van eene
instructie voor den gemeente
ontvanger.
De Voorzitter geeft in korte bewoordingen weer, wat zij bevat
De Heer Wijnings vraagt bij de behandeling van de instructie
of de ontvanger ook niet een paar keer in de week des morgens zitting
kan houden.
De Voorzitter vindt zulks overbodig, daar de te ontvangen
gelden uitsluitend schoolgelden zijn.
Dhr.Wijnings vraagt of het de bedoeling is, dat de ontvanger
op het gemeentehuis zitting houdt.
De Voorzitter zegt, dat zulks in de instructie staat omschre
ven.
Besloten wordt de instructie voor den gemeente-ontvanger vast
te stellen als zij in ontwerp door Burgemeester en Wethouders werd
aangeboden.