daar nu het beste mee om? Dat is dus een forse afweging geweest. Ik heb er een aantal genoemd. Ik heb er één vanavond bewust niet genoemd maar u vraagt er nu om. Wij hebben ook overwogen en tot op bepaald niveau onderzocht of dat artikel 12 in beeld was. Daarvan zijn wij tot de conclusie gekomen dat op het moment dat, daar zijn dus een aantal criteria voor en dat zal ik u ongetwijfeld niet hoeven te vertellen en daar hoef ik verder niet over uit te wijken, maar er zijn een aantal criteria voor om voor die artikel 12 status in aanmerking te komen. Toen kwam de conclusie dat in de belastingsfeer dat wij dus ietsjes verder zouden moeten gaan en daar waar het de reserves betreft dus nog iets naar beneden, om maar een paar criteria te noemen. Daarnaast is het zou om die artikel 12 status om daarvoor in aanmerking te komen dat kost dus een onderzoek van een jaar. Het leek het college dus weinig aantrekkelijk en toen hebben wij dus de volgende scenario's afgetast. In concreto zijn er dus nog een aantal andere scenario's afgetast maar daar zal ik u op een later moment nog wel eens melding van maken. Dat zijn dus een aantal scenario's waar wij dus mee omgegaan zijn, waar wij naar gekeken hebben en uiteindelijk hebben wij gezegd van ja de realiteit enerzijds daar waar het gaat om een aanzienlijke bijdrage in het kader van de herverkaveling van het gemeentefonds. Stel dat deze gemeente als zelfstandige gemeente zou blijven bestaan dan betekent dat toch een extra inkomst van 800.000,--. Ja? Dat is één. Daarnaast is het zo dat de gemeentelijke herindeling, dat werd dus ook realiteit. Toen hebben wij dus gezegd van - dat is daarstraks al verwoord - wij kunnen het bed wel helemaal afhalen maar wij zullen het dan dus na de gemeentelijke herindeling ook weer opnieuw helemaal op moeten dekken. Met andere woorden, wij zouden dus voorzieningen afgebouwd moeten hebben - ik heb dat daarstraks al gezegd in de sfeer van de infrastructuur dat was zondermeer rampzalig geweest. Ik hoop dat uw vragen zo voldoende beantwoord zijn, mijnheer Van Oosterhout. Wij moesten wel verder en wij zijn dus ook verder gegaan en hebben in deze dus onze verantwoordelijkheid De heer VAN OOSTERHOUT: Nadrukkelijk een vraag te stellen aan de raad hoe wij die problematiek anders had kunnen aanpakken. Wethouder HUIJPEN: Wij zijn met een voorstel gekomen en dat ligt voor. Daar kunt u mee omgaan zoals u wilt, daar bent u volledig vrij in. Alhoewel ik vast moet stellen dat ik met betrekking tot de inbreng van de fractie van ONS dat ik daar geen alternatieven, integenstelling met betrekking tot de inbreng van de fractie van de Partij van de Arbeid, dat ik geen alternatieve dekkingsvoorstellen kan constateren. De heer VAN OOSTERHOUT: Die hebben wij ook nog even voor ons gehouden. Wethouder HUIJPEN: Dat is leuk, dan hebben wij in ieder geval voor de 2e termijn nog wat. Dat zal dus in tweede termijn tot uiting komen. Dan loop ik nog even mijn vragen af. Ik stel vast dat de vraag met betrekking tot de inbreng van de fractie van ONS dat die beantwoord zijn. De vragen van de Partij van de Arbeid die zijn ten dele beantwoord dan behalve daar waar het vragen betreft die wethouder Van der Heijde of wethouder Van Hoek kunnen en willen beantwoorden. Dan ben ik bij de opmerkingen van D66. Die stelt op een bepaald moment dat het bijzonder prettig zou zijn om bij de volgende begrotingsbehandeling ook de rekening die daarbij hoort, om die op dat moment ter beschikking te hebben. Ik heb goede hoop dat wij aan die wens invulling kunnen geven. Wat dat betreft is er dus best wel een schone groei naar de gemeentelijke herindeling toe. U brengt de BIO nog eens in beeld. Wij hebben dat binnen deze gemeente een aantal malen gehad. Uit de praktijk is wel gebleken - op zich vind ik dat jammer genoeg - dat er zo weinig burgers daar belangstelling voor hebben. Dat is in hoge mate te betreuren BIO, de afkorting zegt het zelf, geeft toch een zeg maar helder beeld met betrekkelijk weinig aan woord en getallen dus. Het is bijzonder inzichtelijk, er komen een aantal kenmerken van de gemeente goed naar buiten. Ik zal in ieder geval het idee van u meenemen naar het college om te bezien hoe dat wij daar dus bij een volgende begrotingsbehandeling mee om kunnen gaan. De heer VAN OVERVELD: Betekent dat de begrotingsbehandeling in december, mijnheer Huijpen? Wethouder HUIJPEN: Nee, mijnheer Van Overveld, daar bedoel ik mee te zeggen de begrotingsbehande ling 1996. Het zou ambtelijk nogal wat vragen om daar op dit moment invulling aan te geven. Ons ambtenarenkoor is druk bezig om de begroting om te bouwen naar de nieuwe comptabiliteitsvoorschriften en de rekening 1993, die hebben dus de handen vol. Dan heb ik nog een vraag van de WD. Het niet tegemoet komen aan de wens van de provincie om de rente-bijschrijving op de reserves om die als struc tureel dekkingsmiddel aan te wenden of dat dat nog consequenties heeft daar waar het gaat om de goedkeuring van de begroting daarvan moet ik zeggen dat dat op dit moment niet te overzien is. Alhoewel de provincie herhaaldelijk en recentelijk ook steeds duidelijk heeft gemaakt dat zij daar toch wel aan hecht. Anderzijds is het zo, en dat is op zich niets nieuws en ook niet voor de gemeente Oudenbosch, het is nergens verboden om rente als structureel dekkingsmiddel in te zetten maar het verdient natuurlijk niet de schoonheidsprijs. Het is uit nood geboren. Ik kan nog even naar de vragen, mijnheer de voorzitter. 36

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1994 | | pagina 78