Abonnementen
Ik kijk in de richting van mijnheer Den Braber, wij zullen daar natuurlijk zeer kritisch naar gaan kijken. Ik heb
u uitgelegd ook al eens in het verleden hoe dat zat met die losbladige uitgaven en de nieuwe wetgeving die
op ons afkomt. Ik weet dat u daar praktische suggesties over heeft. Ik zeg u toe dat ik dat nog eens goed
zal doen. Of ik daar nu meteen 50% op kan inboeken, dat zie ik niet zo direct.
Toerisme
Dan werd er ook nogal wat opgemerkt over de mogelijkheden om wat meer te doen aan toerisme en in het
verlengde daarvan werd ook
De heer VAN OOSTERHOUT: Mag ik snel nog even één aanvullende vraag stellen? Ik hoe u zeggen dat in
voorbereiding is een nota die volgende week in B&W komt betreffende het knelpunt in de personele formatie
van sociale zaken. U zegt van dat zullen wij uiteraard binnen de begroting oplossen. Ik relateer dat even
aan datgene waar u mee begonnen bent namelijk de status van deze begroting. Betekent dat dat er in de
begroting die wij dus donderdag min of meer voorlopig nou eigenlijk vaststellen, want dat geeft u eigenlijk in
de status van de begroting aan, dat er binnen die begroting toch nog geschoven gaat worden in de
komende maand?
De VOORZITTER: Nee, dat is een uitweg die u daaromtrent
De heer VAN OOSTERHOUT: Nee, ik stel het vragenderwijs want ik wil het goed begrijpen.
De VOORZITTER: Nou goed, nee dus. Dat wordt binnen de huidige personeelsbudgetten, mag ik het zo
vertalen Of wij daarnaast, maar dat zien wij dan wel in de december-vergadering, met traditionele
voorstellen komen dan zal dat gebeuren met traditionele dekking. Daar kom ik dan nog op terug.
Toerisme
Vele vragen er naar en maken opmerkingen over. Ook in december zult u geconfronteerd met een verzoek
en ook met een financiële onderbouwing daarvan, om daar extra middelen voor te besteden die ten dele
bedoeld zullen zijn voor het maken van een notitie voor toeristisch beleid. Wij moeten daar natuurlijk niet de
grootste verwachting van hebben van een notitie-beleid. Er zullen daar concreet aanbevelingen in verwerkt
zijn Gedacht wordt om dat eventueel door een stagiaire van de Hogeschool voor Toerisme te laten
doen. Het feit dat er op dit moment nog geen echte beleidsnotitie ligt, dat betekent natuurlijk niet dat er op
het gebied van toerisme niets gebeurtBelangrijk element daarin is nog steeds de ontwikkeling van een
tweede fase van de jachthaven. Ik kan u daar weinig nieuws over melden dat de exploitant nog steeds
doende is om afeet te zoeken voor het zand wat hij uit die tweede fase moet gaan halen en als dat rond is
gaat hij daarmee aan de slag. Dat is dan tevens ook, zou het die impuls kunnen zijn voor de haven zelf en
de kom van de haven waar een aantal van u met suggesties komen om bijvoorbeeld daar een weg te
zetten. Ik denk dat je daarbij erg afhankelijk bent een particulier initiatief en als je dus meer bezoekers aan
de haven krijgt door die uitbreiding dan kun je met het particuliere bedrijfsleven praten over de bouw van
bijvoorbeeld een paviljoen. Een apart VW-kantoor dat lijkt mij een aardige gedachte. Realiseert u zich
echter wel dat dat aanzienlijke kosten met zich meebrengt. Ik vraag me af of de huidige openstelling zoals
wij dat hier doen, door middel van inzet van ons eigen personeel, of dat niet gelet op de meerkosten die een
eigen kantoor met zich mee zou brengen, wel zo adequaat is. Ik wil wel onderzoeken met zowel het lokale
bedrijfsleven als met bijvoorbeeld een pandeneigenaar of daar überhaupt interesse bestaat. Dan zal ik ook
een licht opsteken bij bijvoorbeeld de WV Roosendaal maar ook de VW Willemstad met name die daar
ervaring mee heeft en ook bij de Streek-VW. Maar vergist u zich niet, het lijkt aardig een apart VW-kantoor
maar het is met name de middenstand die dat zal moeten betalen, mits u bereid bent daar een flinke
subsidie aan te verlenen. Ik kom daar nog op terug.
Monumentenzorg
Een korte opmerking in de richting van mevrouw Dirven eigenlijk maar dan via uw fractievoorzitter. U heeft
de vraag zelf niet geuit maar ik ken de bezorgdheid in deze. Wij zullen bezien of een bedrag zoals u dat
formuleert uit het fonds stads- en dorpsvernieuwing, of dat gebruikt kan worden ten behoeve van de
monumentencommissie. Ik denk dat het van belang is dat wij eerst daarover in overleg treden met de
portefeuillehouder financiën om te kijken - dat is ook een heel belangrijk onderdeel - of en in hoeverre
überhaupt dat fonds stads- en dorpsvernieuwing vrij gemaakt kan worden zonder dat je daar allerlei
rentedervingen tegenover zou verwachten. Zover zijn wij nog niet. Als dat zonder problemen kan dan zullen
wij ons ook in het college beraden over wat wij verder zullen besteden aan zo'n fonds. Dan kunt u van mij
aannemen dat ik daar het monumentenbeleid mee als kleding op tafel zal leggen.
30