gramma waarmee dus eigenlijk als het ware een schone start maakt en zo snel probeert af te stappen van ja wat er per individuele gemeente aan hele specifieke zaken uit het verleden weet weg te drukken en proberen naar een nieuwe toekomst met elkaar te gaan. Daarover zullen we dus goede procedurele en zeer open afspraken met elkaar moeten maken. Ik hoop en verwacht overigens dat andere gemeenten op diezelfde lijn het proces open tegemoet zullen treden. De heer VAN OOSTERHOUT: Voorzitter, mag ik over het punt van herindeling een nadere vraag stellen? De VOORZITTER: Als u ja. De heer VAN OOSTERHOUT: Ik ben blij dat u aanstaande week al het eerste gesprek heeft. Ik begrijp ook dat dat de start zal zijn van het hele proces maar daarover nadenkend zou ik toch graag met u met deze raad over willen vaststellen dat de volgorde waarin de procedure-afspraken zich moeten voltrekken toch deze moet zijn dat er op de eerste plaats sprake moet zijn van bestuurlijke uitgangspunten met betrekking tot het fusie-proces en pas daarna andere elementen aan de orde komen. Om nu te voorkomen dat bestuurlijke aspecten, bestuurlijke discussie over het creëren van een nieuwe gemeente eigenlijk al achterhaald wordt doordat er ambtelijk al veel zaken voorbereid gaan worden in verband met bijvoorbeeld de tijdsdruk etcetera. Ik zou u willen vragen om op korte termijn met deze raad te overleggen over de wijze waarop wij in dit gezelschap vorm willen geven aan het bestuurlijk proces dat af moet gaan waar die uitgangspunten worden vastgesteld. Het lijkt mij dat dat de procedure bevordert met ook de tijd gezien, toch tot winst kan leiden. De VOORZITTER: Volledig met u eens. Dat had ik ook eigenlijk bedoeld door aan te geven dat wij zo snel mogelijk bij u met een soort procedure-voorstel komen waarin aan al dat soort elementen aandacht wordt besteed. Dat zal hoogst waarschijnlijk als allereerste punt aan de orde komen. Er zijn nog zoveel zaken waar wij het met elkaar over moeten hebben en zoveel onderwerpen die tot besluitvorming moeten leiden maar dat komt allemaal nog. Ik ben het met u eens, de uitgangspunten zullen bovenaan het lijstje blijven staan, maar dat geldt ook voor de andere 2 gemeenten. Personeel Kort woord daarover. Er is van diverse kanten de waardering uitgesproken over de inzet. Ik heb dat al in het begin gezegd, ik neem dat graag over en geef het door. Er is onder hele grote werkdruk gewerkt en daar zit een knelpunt nog steeds. De eerste opmerking over de kostenstijging zoals die met name vanuit de Partij van de Arbeid naar voren zijn gebracht. Die vallen in de praktijk mee. Het lijken natuurlijk grote bedragen. Die zijn als volgt te verklaren; dat de uitkomsten van de CAO-besprekingen zijn eigenlijk nu pas in de begroting verwerkt. Wij hebben in voorjaarsnota dat met elkaar vastgesteld. Het zijn geen autonome ontwikkelingen maar die hebben dus alles te maken met landelijk overleg, met de bonden, met de VNG en het rijk. Daarnaast hebben wij een aantal incidentele maar ook dat is in overleg met de raad geweest, met name met sociale zaken is dat gebeurd. Dus die 2 zaken veroorzaken eigenlijk de stijging van de personeelskosten. Op zich geen schokkende ontwikkelingen. Wat betreft de vacatures is er in principe afgesproken dat er een vacature-stop is tenzij, en dat is natuurlijk een belangrijke mits, zowel de gemeente als de burger daar wellicht de dupe van zou kunnen worden in de hele voorziening naar onze gemeenschap toe en ook mits hier geen extra kosten door veroorzaakt worden. De scherpe controle van het Ministerie van Sociale Zaken bijvoorbeeld als het gaat om uitkeringen, dat dat heel zuiver verantwoord moet zijn en als je daar met te weinig personeel zit dan kon je daar wel eens als gemeente, en dat is in omliggende gemeenten dit jaar opnieuw uitvoerig aan de ordeDaar wou ik mee aangeven, de vacature-stop tenzij dat voor ons nog meer kosten met zich mee zou brengen. Mochten er nog vacatures ingevuld moeten worden dan zal dat in allereerste plaats bekeken worden of dat intern mogelijk is maar gelet op de omvang van onze organisatie zal dat niet altijd kunnen. Bovendien zullen wij ook in overleg treden met onze 2 buurgemeenten om te bezien of in hoeverre dat met elkaar bepaalde problemen opgelost kunnen worden. Ook daar zit weinig soelaas in, dat zijn in verhouding ook kleine organisaties. Dat is in ieder geval de hoofdlijn die wij daar in ingenomen hebben. Dan zijn er nog een aantal knelpunten, ik noemde ze net. Ik verwacht eigenlijk volgende week anders die week daarop het college de notitie waarin die zaken nog eens opnieuw geïnventariseerd zijn. Ik doel met name op sociale zaken maar ook bij interne zaken. De notitie zal voorgelegd worden en de oplossing daarvan zal uiteraard binnen de begroting worden gezocht. Opleidings- kosten. Ik zou haast zeggen, juist voor een organisatie maar over het algemeen de doorstroming niet erg groot is, is het juist van belang om te zorgen voor een goede opleiding. Overigens is dat dan maar ongeveer 1% gemiddeld genomen van de totale loonsom en dat is lager dan gemiddeld in Nederland bij andere gemeenten gebruikelijk is. Bovendien denk ik ook dat het van belang is dat wijvoor het personeel gelijke trend laten houden met de gemeente Hoeven en de gemeente Gastel al is het maar om ook onze werknemers daarop goed en vergelijkbaar op elk niveau te kunnen inpassen. 29

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1994 | | pagina 71