Mevrouw OSSENBLOK-AERTS: Dank u wel. De gemeente heeft een industriegebied, industrieterrein aan de Industrieweg. Mijn vraag is van wat is het beleid van de gemeente? Mijn is ten oren gekomen dat er nogal vaak conflicten-situaties zijn tussen de industrie en de bewoners aldaar. Ik bedoel daar eigenlijk mee te zeggen dat als er gekozen moet worden tussen de industrie dus de werkgelegenheid in eigen gemeente behouden en de problemen rondom de bewoners, wat zou dan het beleid van de gemeente zijn? Als ik van de problemen die mij ten oren kwam en ik moest me eigen vestigen dan zou ik me eigen 3 maal bedenken om me op het industrieterrein aan de Industrieweg te vestigen. Ik zou graag het antwoord van de gemeente willen hebben. De VOORZITTER: Het is een vraag die verschillende beleidsterreinen treft. Ik denk dat het op de eerste plaats het beste is dat wethouder Van Hoek hierop reageert. Wethouder VAN HOEK: Ja voorzitter, het is inderdaad zoals mevrouw Ossenblok stelt zijn er wat problemen ten aanzien van het industrieterrein aan de Industrieweg. U zult begrijpen dat industrieën die daar gevestigd zijn zich moeten houden aan de regels en dat betekent onder andere de milieuregels uiteraard. Daarnaast staat natuurlijk vrij aan de bewoners die daar wonen om daar bezwaren tegen te maken. U zult uiteraard begrijpen dat het beleid van de gemeente erop gericht is om de werkgelegenheid in onze gemeente veilig te stellen binnen de regels die daarvoor staan. Wanneer inwoners van onze gemeente vinden dat op een of andere manier zij tekort gedaan worden dan kunnen ze daar altijd een beroep op doen om dat wij gehouden zijn om de milieuregels na te leven. Ik hoop niet dat het zo is dat in Oudenbosch een situatie ontstaat dat men zegt van nou het ondernemersklimaat is dermate slecht want er zijn zoveel mensen die bezwaren maken. Ik denk dat wij de goede regels moeten vinden dat zowel het woonklimaat als het werkklimaat in Oudenbosch gunstig is. Wij willen van Oudenbosch een mooie gemeente maken waar het goed toeven is, wonen en werken en dat is zeker de wens van het college om daar naartoe te streven. De VOORZITTER: Een aanvulling vanuit de sector economische zaken. Wethouder HUIJPEN: Dank u wel, mijnheer de voorzitter. In reactie op de vraag van mevrouw Ossenblok zou ik het volgende op willen merken. Het is een bekend gegeven, bijna publiek geheim ondertussen dat met betrekking tot de industrie die gevestigd is aan de industrieweg dat daar wat problemen zijn die zich toespitsen op enkele personen. Het is bepaald niet het geval dat dus kamerbreed vanuit de Industrieweg er problemen zijn met vestiging van bedrijven op het industrieterrein en met gevestigde bedrijven. Dus het probleem verengt zich tot enkele mensen die daar problemen mee hebben en dat vloeit voort met name dus uit wat er oorspronkelijk gebeurd is. In het verre verleden is er een situatie ontstaan die resulteert in problemen die er nu zijn en die zich moeilijk met elkaar verdragen. Van de gemeente uit wordt er alles aan gedaan om die problemen zeg maar in eerste lijn in evenwicht te brengen en in tweede lijn de regelgeving die er voor staat - dat heeft ook wethouder Van Hoek opgemerkt - om die op een adequate manier te volgen en de bedrijven duidelijk te maken dat ze daarmee moeten rekenen. Dat is de wetgeving die dat voorstaat en wij zijn daar mede verantwoordelijk voor om daar op toe te zien. Dank u wel, voorzitter. Mevrouw OSSENBLOK-AERTS: Ik ben De VOORZITTER: Géén tweede termijn over deze vraag. Mevrouw OSSENBLOK-AERTS: Nou De VOORZITTER: Wij hebben net het reglement van orde vastgesteld. Ik ga verder met de rondvraag. De heer VAN AGTMAAL: Ja mijnheer de voorzitter, in het kader van sanering verkeerslawaai is de Bosschendijk aan de beurt. In februari/maart van dit jaar hebben een aantal bewoners aan de Bosschendijk bericht ontvangen dat ze niet in aanmerking kwamen voor maatregelen. Zij hebben daar brieven over geschreven met vragen van waarom komen wij niet in aanmerking etcetera etcetera. Wij zitten nu in oktober en het enigste bericht dat ontvangen is dat het bij het streekgewest ligt en dat vanuit het streekgewest er op gereageerd zou worden. Zeven maanden en er is nog geen adequaat antwoord gekomen. Ik denk dat dat niet past in de juistheid, in de openbaarheid richting burgers. Het is wel een streekgewest-kwestie maar wij zijn intermediair tussen streekgewest en burgers. De VOORZITTER: Wij hebben die taak overgedragen aan het streekgewest, zo scherp ligt het zelfs. Wethouder VAN HOEK: Ja voorzitter, het is zoals de heer Van Agtmaal zegt van het is een kwestie van het streekgewest. Het is zo, de Bosschendijk zal dit jaar niet meer aan de orde komen. De mensen die een 12

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1994 | | pagina 37