ming in de raad over te vragen en op dat moment krijgt de heer Lips alle rechten weer die uit dat voorstel komen. De VOORZITTER: Dat zullen we even kijken wat daar exact als hij daar de rechten toe heeft. De heer DEN BRABER: De schermutselingen van juni van deze gemeenteraad en van u op 30 augustus hebben helemaal geen waarde. De VOORZITTER: In die zin, en dan wou ik er echt over ophouden want wij krijgen straks de discussie dat als die in de raad komt dat toen wij dat de vorige keer dus geagendeerd hadden op die wijze, er wel een discussie over plaats had gevonden maar uiteindelijk de raad zich conformeerde zei het impliciet en dat ik daarom eigenlijk reden heb om aan te nemen dat als het straks geagendeerd wordt dat die discussie niet opnieuw over wordt gedaan. Laten wij dat even afwachten tot dat het stuk op tafel ligt. Wij hebben in het reglement van orde vastgesteld waarin eigenlijk is vastgesteld dat in de rondvraag eigenlijk maar in één termijn geantwoord wordt. De heer VAN OVERVELD: Ik heb twee vragen, voorzitter. Ik hem in een vorige raadsvergadering gevraagd waarom het college van B&W een eerder genomen raadsbesluit, tenminste volgens mij was het een raadsbesluit, om een adviseur te leveren aan Stichting Fidei et Arti niet in gestand heeft gedaan. De wethouder zou het uitzoeken en zou daar op terug komen maar ik hoor niets dus kom ik e maar op terug. Dat is mijn eerste vraag. Mijn tweede is; wij hebben destijds bij het vaststellen van het plan "Basiliek en omgeving" ervoor gekozen om dat te doen op de wijze waarop wij dat nu gedaan hebben omdat dan tegelijkertijd op de hoek van de St. Annastraat woningen zouden verschijnen. Wat er verschijnt, nog niks. Hoe zit dat, voorzitter? De VOORZITTER: De eerste vraag graag beantwoording door wethouder Van der Heijde. Wethouder VAN DER HEIJDE: Voorzitter, het feit dat de heer Van Overveld daar nog geen antwoord op heeft gekregen ligt gelegen in het feit ook dat wij bij deze agenda het verslag van de vorige vergadering niet hebben vastgesteld. Daar staat zijn vraag op de rol. Naar aanleiding van het verslag had ik hem daarover kunnen beantwoorden. Ik heb er wel rekening mee gehouden dat hij die vraag opnieuw zou stellen vandaar dat ik hem nu wel antwoord zal geven. De raad heeft in het verleden ten aanzien van de statuten van Stichting Fidei et Arti nooit een besluit genomen dat zij benoemingen zouden doen. In de eerste oprichting van de stichting De heer VAN OVERVELD: Dat is onjuist, voorzitter, want de raad heeft zelfs benoemd Wethouder VAN DER HEIJDE: In de eerste De heer VAN OVERVELD: En heeft daar in latere instantie van af gezien. Wethouder VAN DER HEIJDE: In de eerste statuten van die stichting had de raad duidelijk een benoe mingsbevoegdheid. In de herziening van die statuten is die bevoegdheid teruggedraaid en tot stichtingsbe stuur In die statuten daar zit een artikel 9 wat behandelt het adviseurschap. Het bestaat uit drie artikelen. Het één geeft aan dat het bestuur van de stichting zich ter zijde kan laten staan door adviseurs. In het tweede artikel staat dat het college van burgemeester en wethouders uit z'n midden een adviseur aan kan wijzen. Het derde artikel is dat het bestuur zelf overige adviseurs kan benoemen. Dat er in de statuten van die stichting staat dat het college iets kan doen, wil niet zeggen dat het college ook iets moet doen. Dit college heeft gemeend om geen adviseur in het stichtingsbestuur te benoemen en wij houden ons op dat standpunt. De VOORZITTER: De tweede vraag, woningbouw St. Annastraat, wethouder Van Hoek. Wethouder VAN HOEK: Dank u wel, voorzitter. Ten aanzien van de invulling van de woningbouwplannen op de hoek St. Annastraat/Doelpad daar is de afgelopen tijd nogal wat gesteggeld binnen de welstandscommis sie om daar een kwalitatieve invulling van dit gebied te krijgen. Ik heb begrepen dat men er inmiddels uit is dus ik denk dat op korte termijn daar het een en ander kan gaan gebeuren. Dat is mede afhankelijk van de aannemer wanneer die kan beginnen en die moet daar de ruimte voor zoeken. De VOORZITTER: Alle procedurele hobbels zijn hiermee genomen. Ik ga verder met de rondvraag. 11

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1994 | | pagina 36