De heer VAN AGTMAAL: Ja mijnheer de voorzitter, wij zijn ook verheugd te constateren dat de jaarreke ning van '92 inderdaad sluitend is. Hij is, en dat wil ik toch een beetje memoreren, mede sluitend gemaakt dankzij de uitgavenstop die in 1992 adhoc dacht ik in augustus ingevoerd is omdat wij anders inderdaad anders een gigantisch tekort gehad hadden. Mede daardoor is de begroting sluitend, niet meer en niet minder. Dat was de opmerking mijnerzijds. Mevrouw DIRVEN-VAN AALST: Dank u wel, voorzitter. Ons commentaar is heel kort. Wij zijn bijzonder tevreden met het resultaat. Onze fractie gaat accoord met de vaststelling van de rekening '92 algemene dienst en bedrijven. De heer DIEPSTRATEN: Ik ben dan blijkbaar de enige die toch een wat kritisch geluid wil laten horen. Uit de slotzin van het raadsvoorstel spreekt wat mij betreft een bepaalde mate van tevredenheid met betrekking tot het resultaat van de jaarrekening 1992. Gesteld wordt dat aan de verwachting dat de invoering van het budgethouderschap en stringentere budgetbewaking, dat er dan geen sprake meer zou zijn van grote tekor ten na 1991, dat aan die verwachting is voldaan. De feiten overziend moet de D66-fractie echter constateren dat om te komen tot dat batige saldo van 48.000,- het nodig was om - het is al gezegd - rente-opbreng sten van stadsvernieuwing 260.000,- aan de gewone dienst toe te rekenen, een deel van het geplande onderhoud ruim 335.000,- niet uit te voeren. Uit het feit dat die 2 ingrepen nodig waren, kan ik eigenlijk alleen maar concluderen dat in 1992 op andere posten meer geld is uitgegeven dan begroot en wel tot een bedrag van, let wel, ruim 500.000,-! Daarbij komt ook nog dat bij de jaarrekening 1992 een bedrag van 320.000,- is onttrokken aan de saldi-reserve om afwikkelingsverschillen van vorige jaren te dekken. Al met al reden voor de D66-fractie om te constateren dat in 1992 het toenmalige college de zaken nog niet voldoende op orde had. Als wij ons ook nog realiseren dat die ingrepen, dat wij daar later last van kunnen krijgen, als wij denken aan onderhoud wat op enig moment gepleegd is wat dan later alsnog een keer ingehaald zou worden, is dat alleen maar reden en extra aanleiding om daar nu op dit moment de touwtjes extra strak in de hand te nemen. Wij hopen dat het college wat er nu zit dat dan ook zeker ter harte zal nemen en dat ook zal doen. Wij kunnen overigens instemmen met de jaarrekening. Wij gaan accoord. Wethouder HUIJPEN: Dank u wel, mijnheer de voorzitter. Ik stel vast alle fracties in de raad instemmen met het raadsvoorstel. Er zijn een aantal opmerkingen gemaakt, min of meer als opmerking bedoeld en niet zo zeer als vraag. Ik neem daar kennis van. Een feit is wel dat dus de rekening '92 met een batig saldo sluit. Het is terecht wat mijnheer Diepstraten opmerkt, het is eigenlijk eerlijkheidshalve en feitelijk ook een gekun stelde constructie. De feitelijke rekening die vertoond is, een tekort van 2 ton, daar is 260.000,- rente opbrengst gebruikt voor de dekking van het tekort en dan is er vervolgens nog eens 3 ton onttrokken aan de saldi-reserve. het feitelijke tekort van de jaarrekening 1992 via dit saldi-reserve en hadden wij daar 580.000,- aan moeten onttrekken. Nogmaals het resultaat wat nu voorligt die 48.000,- dat is het resultaat van een gekunstelde constructie om de jaarrekening 1992 sluitend te maken. Dat zijn dus de feiten en ik hecht eraan om de feiten te vermelden. Dank u zeer. De VOORZITTER: De tweede termijn. De heer HERMES: Zonder dat ik vooruitloop op de begrotingsbehandeling want dat komt straks aan de beurt. Als de wethouder op dit moment zegt dat de zaken in 1992 gekunsteld in elkaar zijn gestopt, dan ben ik reuze benieuwd welke van de begroting 1995. De VOORZITTER: Dat zullen wij dan nog maar even afwachten. Wethouder HUIJPEN: Nee, daar wil ik graag een antwoord op geven. De VOORZITTER: Ik wil eerst de tweede termijn even inventariseren of daar nog reacties zijn. De heer DEN BRABER: Voorzitter, even voor de goede orde. Het is de jaarrekening van de gemeenteraad en niet van het college. Het is het beleid van de gemeenteraad wat hier financieel vertaald is. Het is de gemeenteraad die daar geheel de verantwoordelijkheid voor draagt voor het resultaat. Dat is één. Ten tweede, voorzitter. Over de redactie van het besluit, ik denk niet dat wij de bevoegdheden hebben om het vast te stellen maar voorlopig vaststellen. De heer VAN OVERVELD: Ja voorzitter, nog even ter aanvulling. Ik heb het woord "genuanceerd" gebruikt toen ik sprak over 48.000,- positief. Nu wordt gedaan alsof de heer Diepstraten de door te roepen dat er toch wat gekunsteld is door dit resultaat. Door het woord "genuanceerd" heb ik willen aangeven dat zeker ingrepen zijn nodig geweest. Ik heb ook gedeeltelijk aangegeven waar die zaten, maar ondanks dat waren 5

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1994 | | pagina 30