De VOORZITTER: De formele kant wordt nog even goed bekeken.
De heer VAN OVERVELD: Ik heb de neiging om er op in te gaan maar dat doen wij niet.
De heer DIEPSTRATEN: Dank u wel, mijnheer de voorzitter. In de krant van vandaag, in De Stem om
precies te zijn, wordt melding gemaakt van nieuwe ontwikkelingen in het kader van de gemeentelijke
herindeling. De gedeputeerde zou een gespreksronde starten waarin de drie betrokken gemeenten over de
nieuwe plannen van gedachten zouden gaan wisselen. Mijn vraag daarbij: Bent u al benaderd? Wat voor mij
een teken zou zijn dat het meer dan een gerucht is. Vraag 2: Met welk standpunt zal het gesprek ingegaan
worden, danwel op welke manier gaan wij als gemeente een verder standpunt in die zaak innemen.
De VOORZITTER: De eerste vraag; ik ben nog niet benaderd voor een gesprek hieromtrent. Tot op dit
moment geldt dus voor ons het ontwerp-voorstel wat GS in de inspraak heeft rondgestuurd. Mochten zich
daar wijzigingen op aandienen dan verwacht ik - want er zal straks een ontwerp ter discussie in de
functionele commissie van advies in de staten komen - mocht dat een afwijkend voorstel zijn, afwijkend van
wat er op dit moment op tafel ligt, dan verwacht ik dat ook Gedeputeerde Staten met Oudenbosch komen
spreken. Dat is nog niet het geval, dus u gaat er nu vanuit dat gewoon het vigerende ontwerp nog voorligt.
Mocht er zich toch iets anders voordoen - ik heb ook de krant gelezen - dan heb ik tot op dit moment als
leidraad de raadsuitspraak en zal ik met dat als basis naar het moment van zaken handelen maar ik denk
dat het dan ook verstandig is om voordat zo'n gesprek gaat komen daar eerst nog eens via de commissie
ABZ met u in conclaaf te gaan. Dat lijkt mij de beste weg. Tot nu toe géén wijzigingen, bekend althans.
Mevrouw OSSENBLOK-AERTS: Dank u wel. Ik heb in de afgelopen WOS-vergadering aan wethouder Van
der Heijde gevraagd om aan te brengen bij het streekgewest om een bevolkingsonderzoek over borstkan
ker. Dat was naar aanleiding van een ander bevolkingsonderzoek. Vervolgens heb ik van de heer Van der
Heijde een brief gekregen van begin 1993 waarin stond vermeld dat er geen middelen toen vrij gegeven
werden voor een dergelijk bevolkingsonderzoek. Ik sla vandaag de krant open en wat zie ik? De regio of het
streekgewest heeft dan toch besloten om over te gaan naar dat bevolkingsonderzoek maar, als ik het goed
gelezen heb, vanaf '96 en ze beginnen in Bergen op Zoom. Ik vroeg me vervolgens af van wanneer is dan
Oudenbosch aan de beurt, zou dat het jaar 2000? Dat duurt mij eigenlijk veel en veel te lang. Het is een
ziekte onder vrouwen wat sterftegeval nummer 2 is. Ik wil er ontzettend dringend op aandringen om een
dergelijk bevolkingsonderzoek in Oudenbosch zo spoedig mogelijk te laten gebeuren.
Wethouder VAN DER HEIJDE: Voorzitter, het is juist dat mevrouw Ossenblok in de commissievergadering
daar naar heeft geïnformeerd. Wij hebben gemeend om haar in ieder geval op dat moment met de brief die
wij naar de commissieleden hebben gestuurd, in kennis te brengen van de stand van zaken tot op dat
moment, wat het hier bekend was. U heeft uit de krant gelezen, ondertussen is er ook naar de leden van de
gewestraad - waar ik dan ook in zit - die informatie gekomen ten aanzien van het bevolkingsonderzoek. Het
is misschien plezierig om daar een heel kort stukje uit voor te lezen want dan bent u wellicht beter
geïnformeerd dan de krant. Het streekgewest zegt als volgt; het is verheugend thans te kunnen melden dat
binnen de stichting die dat organiseert, zeer recentelijk toch de mogelijkheid is gevonden om eind van dit
jaar of begin volgend jaar nog in Westelijk Noord-Brabant aan te vangen met een bevolkingsonderzoek naar
borstkanker. Een ruime week geleden heeft de nieuwe minister van volksgezondheid, mevrouw Borst-Eijers,
heeft bekend gemaakt dat ze 6 miljoen extra middelen heeft beschikbaar gesteld voor het borstkanker
onderzoek. Het streekgewest vertelt ook dat om organisatorische en logistieke redenen er voor is gekozen
om in Bergen op Zoom te starten met mobiele onderzoeks-unit en die wordt volgens planning eind
november geleverd. Met gemeenten en streekgewest wordt op korte termijn, en wellicht zal dat in de maand
oktober zijn, overleg gevoerd hoe een en ander organisatorisch wordt opgepakt. Er moeten natuurlijk lijsten
worden gemaakt, er moet worden gescreend en ze gaan daar een planning van maken. Dus niet '96 maar
eind dit jaar of begin volgend jaar. Ik denk dat dat een zeer gunstige ontwikkeling is ten aanzien van dit
noodzakelijke bevolkingsonderzoek.
De VOORZITTER: Dank u wel. Mocht u daar verder
Mevrouw OSSENBLOK-AERTS: Mag ik hier nog één vraag over stellen?
De VOORZITTER: Liever niet tenzij het een beleidsmatige vraag is. Als het om praktische uitvoering gaat
kunt u daar misschien buiten de vergadering om
Mevrouw OSSENBLOK-AERTS: Ja maar het is zo'n ontzettende schrijnende vraag van heel veel vrouwen
en daarom wil ik er toch bijzondere aandacht aangeven. Betekent dat dat wij in het jaar 1995 ook
20