m2 wat gehuurd wordt en daaraan wordt nu voldaan, dus kunnen wij er niet mee akkoord gaan. Het volgende is dat er nu een nieuw beleid is, en laten wij het oude bij het oude en wij hebben een nieuw beleid wat dat betreft opgezet wat wel kostendekkend werkt. Gaan wij nou met niet meer dan een trendmatige, dus 3% verhogen, dan wordt het huurverschil van de stukjes grond alleen groter en stuiten wij ook op bezwaren bij de fractie van de Partij van de Arbeid. Wij blijven van mening dat, alhoewel in het contract staat dat het eigenlijk niet kan, dat er huurprijzen gevraagd moeten worden die reëel zijn, die reëel zijn tegenover de nieuwe prijs die wij vragen. Er zijn allerlei argumenten voor en tegen onze standpuntbepaling. Wij hechten aan het idee wat wij ervan hebben en wij zeggen dan ook, alhoewel in het contract staat dat het niet kan, moeten wij daar toch anders mee omgaan. Contracten kun je ook opzeggen, dat kun je heel gemakkelijk doen. Tegen-argument wat gebruikt is dan, ja maar dan blijven wij met die stukjes grond zitten want niemand wilt ze hebben. Wij hebben het idee dat dat best eens aardig mee zou kunnen vallen. Wat wij willen zeggen is dat wij op deze manier niet akkoord kunnen gaan met het voorstel en wij zouden het college willen verzoeken om nu eens te onderzoeken wat de gevolgen om de oude contracten - want ik praat hier over de oude contracten, niet over de nieuwe - eenzijdig op te zeggen en vervolgens tegen een reële huurprijs aan te bieden aan degenen die daar belangstelling voor heeft en te bezien en te onderzoe ken wat daar de gevolgen van zijn. Het voorstel zoals het hier ligt kan in ieder geval niet de goedkeuring van de Partij van de Arbeid weg dragen. De heer VAN AGTMAAL: Ja mijnheer de voorzitter, alvorens straks overgegaan wordt tot de stemming van het voorstel wil ik mededelen dat ik mij onthoud van stemming. De VOORZITTER: Waarvan akte. De heer DIEPSTRATEN: De heer Hermes heeft eigenlijk de hele discussie al in z'n eentje gevoerd want hij heeft alle voor- en nadelen al aardig op een rijtje gezet, denk ik. Z'n punt wat hij maakte is dat hij zegt van nou wij moeten die discussie toch heel nadrukkelijk nog een keer aan. Wat ik daar in ieder geval even bij wil opmerken is dat wat mij betreft gezien de beroering die de hele zaak heeft teweeg gebracht, dat als je die discussie opnieuw gaat voeren dan zou ik in de eerste plaats even willen zeggen van wacht daar een tijdje mee. In de tweede plaats van ben heel zorgvuldig, ga heel goed na welke gevallen het betreft, hoe die gevallen tot stand gekomen zijn, wat de geschiedenis daarvan is. Laten wij daar deze keer in ieder geval heel zorgvuldig in zijn want dat is de vorige keer, wat mij betreft, achterwege gebleven. Wethouder HUIJPEN: Ja, mijnheer de voorzitter, het college was van mening dat door het voorstel te doen aan de raad dat wij kamerbreed toch aan een wens zouden voldoen. Ik betreur het in hoge mate dat dat voor de fractie van de Partij van de Arbeid niet het geval is. Wij hebben rondom de verkiezingen, zeer indringend kennis kunnen nemen van al de problemen die de mensen hadden met betrekking tot de goedkeuring van het toenmalig voorstel en wij hebben ons dat aangetrokken - mijnheer van Oosterhout heeft dat toentertijd ook nog eens indringend verwoordt - dus wat dat betreft was het college van mening van nou als wij het op deze manier invullen dan zal dat ongetwijfeld kamerbreed door de raad gedragen worden. Wat dat betreft is het jammer dat de fractie van de Partij van de Arbeid daar anders over denkt. Wij praten hier over 1994, dus 3%. Mijnheer Hermes die zegt van het tarief dat dekt dus de perceptiekosten niet. Dat is een vaststelling van feiten maar anderzijds is het wel zo dat er dus de contracten zijn afgesloten. Daarvan merkt mijnheer Hermes op van ja contracten kun je openbreken en daar reageer ik als volgt op. Je kunt een contract wel openbreken maar bij het afsluiten van een contract ben je met twee partijen. Eenzijdig een contract openbreken is bijzonder moeilijk. Het is alleen mogelijk in een situatie van een gemeente en daar voor zijn nog clausules in het contract opgenomen als het gaat bijvoorbeeld om een algemeen belang. Bijvoorbeeld het aanleggen van een trottoir, het leggen van een kabel. Dat is dus een mogelijk. Anderzijds is het zo dat het ontzettend moeilijk zal zijn om de diverse contracten die er liggen van zoveel mensen om die open te breken. De contracten die zijn niet aan een einddatum gebonden, wat dat betreft is er juridisch ook best wel een fors probleem. Ik denk niet dat wij die weg op kunnen. Ik denk dat niet alleen, ik ben van mening dat wij die weg niet weg op kunnen, dat kan gewoon niet. Het is een onbehaalbare weg, dat leidt tot niets, dat kost enorm veel tijd en energie en het resultaat is nul. Dat biedt dus verder geen perspectief daar waar het gaat om de opmerkingen van de heer Hermes. Met betrekking tot het nieuwe beleid, daar is zijdelings over gesproken maar wij hebben daar nog niet middels adviesnota's en middels commissieverga dering over gesproken. Wij zullen dat voor het nieuwe jaar ongetwijfeld doen maar wij stellen ons voor om maar eens een indicatie te geven waar eventueel de discussie over zou kunnen gaan dat wij dan praten over een prijs die in verhouding staat met de waarde die aan het pand wordt toegevoegd. Dat zou een criterium kunnen zijn in een commissievergadering. Ik denk, mijnheer de voorzitter, dat ik voldoende reactie gegeven heb op de inbreng van de diverse fracties. De VOORZITTER: De tweede termijn. 16

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1994 | | pagina 16