De VOORZITTER: Ik zou het op prijs stellen als de interrupties via de voorzitter gaan. Mevrouw Dirven, heeft u behoefte aan een reactie in eerste termijn? Mevrouw DIRVEN-VAN AALST: Nee, dank u, voorzitter. De heer DIEPSTRATEN: In de commissie ABZ zijn door mij wat kanttekeningen geplaatst, wat vragen gesteld ten aanzien van het behoud van de functie van de doorgang en ten aanzien van de veiligheid terplekke. Ik constateer dat in het voorstel u de toezegging doet in voorkomende gevallen van de bevoegdheid in de APV gebruik te maken. Wij hebben daar kennis van genomen en wij zullen de situatie volgen. Akkoord met het voorstel. De heer HUIJPEN: Dank u wel, voorzitter. Ja mijnheer Van Overveld die zegt van ja een beetje merkwaar dig dat wij nu groen gaan verkopen van het plan wat in wezen nog niet af is. Formeel gezien is het plan wel af in die zin dat wij dus kredieten hebben gevoteerd met betrekking tot de infrastructuur in West-Vaardeke- West. Het enige wat er dus nog aan mankeert dat is dus enerzijds de goedkeuring van het krediet en anderzijds dus het realiseren van die infrastructuur. Met betrekking tot de prijszetting is er niets anders aan de hand dan de prijs die wij op andere lokaties binnen deze gemeente gehanteerd hebben. Vandaar dat het college van mening was dat wij op deze manier best invulling zouden kunnen geven aan datgene wat dus door deze drie bewoners van het belendende perceeltje gevraagd werd. Wij hebben op zich daar geen moeite mee dan behalve dat wij in de toekomst, maar dat is van een andere orde - en ik had de vraag eigenlijk vanuit de raad wel verwacht, dat wij bij andere bouwlokaties er meer naar zullen moeten kijken van wat is nu openbaar groen, het aantal m2 wat er dus aangekocht wordt, eventuele bebouwing daarvan enzo voorts. Het heeft zeg maar een bredere uitstraling. Dat is in de vorige periode van de andere kant van deze tafel, is dat ook al eens meer dan eens gesignaleerd. Ik denk dat wij dus naar de toekomst kijkend dat dat zeker zo'n belangrijk aspect is dan behalve dat wij op dit moment moeten zeggen, stellen of opgemerkt moet worden van het plan is niet af en weet ik wat al niet meer. In wezen is er dus daar waar het gaat om de beleidsvoering, is er géén wijziging. De VOORZITTER: De tweede termijn. De heer VAN OOSTERHOUT: Voorzitter, de opmerking van de heer Huijpen met betrekking tot laten we zeggen het in grote mate grond uitgeven zodat je veel minder stukjes in publiek eigendom houd etcetera met bestemmingsplannen het heeft ook de instemming van onze fractie. Wij hebben daar eerder ook al het een en ander van gezegd, en zien daar ook de nuttige effecten van op de gemeentelijke exploitatie. Dus helemaal eens, wij ondersteunen dat beleid. Toch vind ik dat met betrekking tot het toekomstige beleid van het uitgeven van stukjes grond - en dit is naar het gevoel van onze fractie toch één van - best af moeten van het automatisme wat kennelijk ook hier nu een rol heeft gespeeld, 50,- in alle omstandigheden. Je moet weten dat in het verleden het automatisme er niet was, en dat er stukjes grond zijn verkocht voor de prijs die oorspronkelijk in het bestemmingsplan werden betaald, de oorspronkelijke meter-prijs c.q nog veel hogere prijzen daar waar het ooit ging om een stukje in het centrum. Dan denk ik dat afhankelijk van de situatie best in overweging genomen kan worden om af te wijken van die prijs van 50,-. Het gaat er mij niet om om dan een prijs te krijgen van 45,- of 65,-, zo moet u dat niet wegen maar er kunnen situaties zijn waarbij er nadrukkelijk aanleiding is om af te wijken van de prijs zoals die ook hier weer in staat. Géén automatisme dus, dat zou ik willen voorstellen en ik hoop dat het college daar ook in de toekomst mee wil gaan werken. Voor wat dit voorstel betreft, ja mijn fractie maakt daar geen probleem van. Wij zijn het hier mee eens. Wij hebben gezien dat er in onderhandelingen nauwelijks anders is gesproken dan vanuit de filosofie van het zal 50,- moeten gaan kosten. Ik vind niet dat wij op dit moment, na gelet op alles wat hier gepasseerd is, op terug moeten komen. Wethouder HUIJPEN: Een korte reactie, mijnheer de voorzitter, naar mijnheer Van Oosterhout. Ik heb het in eerste termijn al uitgesproken eigenlijk. Daar waar het gaat om het automatisme en daar waar het gaat om eenduidigheid in beleidsvoering, daar kun je dus een vraagteken bijzetten. Ik heb dat in eerste termijn gedaan en ik denk dat wij dus naar de toekomst toe dat wij daar heel zorgvuldig naar zullen kijken. Nogmaals in de vorige periode is dat ook door dezelfde mensen met regelmaat aangegeven waarbij ook vastgesteld is dat er met regelmaat stukje openbare groen verkocht is in de vorm van automatisme voor hetzelfde bedrag. Overigens daarbij nog opgemerkt dat de grond die wordt wel meegenomen in taxaties en hertaxaties van de OZB. Dat is natuurlijk wel een belangrijk aspect waarmee gerekend kan worden. Dat geldt met name dus ook voor de perceeltjes die dus tussentijds zeg maar middels de raadsbesluiten verkocht worden en waarvan de afdeling financiën op de hoogte gesteld wordt van het is toch belangrijk om te bezien of dat er daar terplekke niet een hertaxatie noodzakelijk is om toch te voldoen aan datgene waar al die andere inwoners van deze gemeente aan voldoen en moeten voldoen. Dank u wel. 14

Raadsnotulen

Oudenbosch: 1939-1994 | 1994 | | pagina 14